Zwerftocht door Friesland

 

Dit jaar is Leeuwarden (samen met Valetta op Malta) de culturele hoofdstad van Europa. De Friezen hebben daarom heel wat activiteiten op touw gezet om hier invulling aan te geven. Ook de andere tien ‘steden’ van Friesland doen mee. Zo is er het project van de 11 Friese fonteinen van 11 kunstenaars uit even zovele landen, dat overigens aanleiding was voor flink wat commotie onder de Friezen. Wij gaan deze week op onderzoek uit om te zien wat wij er van vinden.

 

Noot: Klik op de foto's om ze groter te maken

Dag 1 – Zondag 26 augustus – Op naar Friesland.

De eerste dag wordt natuurlijk weer een reisdag, al is dit een groot woord voor een ritje dat iets meer dan twee uur in beslag neemt. Voordeel is wel dat we de camper vanmorgen pas hoeven in te ruimen en al bijtijds op onze plek van bestemming arriveren. Op ongeveer vijf kilometers ten oosten van Leeuwarden ligt het waterrijke natuurgebied De Wielen. Onze camping heet ” De Kleine Wielen” en kent een gedeelte met vooral vaste staanplaatsen en op een eiland een apart terrein voor kampeerders. Ons plekje op het eiland grenst aan een grote waterplas met strandje en speeltoestellen eromheen. Nadat de camper zo is neergezet dat de toch wel stevige wind het minste vat op ons heeft, wordt het tijd voor pilsje in de luwte om daarmee de ‘reisdag’ goed af te sluiten.

Dag 2 – Maandag 27 augustus – Ljouwert bekijken.

Afgelopen nacht heeft het flink geregend maar tegen de tijd dat we bij onze positieven komen is het dreigend maar droog. Dat komt goed uit, want vandaag staat een bezoek aan de Friese hoofdstad op ons programma. De reis erheen gaat met de bus en om het extra aantrekkelijk te maken heeft de camping ons gisteren een paar OV-chip kaarten cadeau gedaan waarmee een dag door Friesland kan worden gereisd. Het mooie stationsgebouw uit 1863 vormt het vertrekpunt voor een rondwandeling door het centrum. Op het stationsplein staat een recent geplaatste publiekstrekker, de fontein van Jaume Plensma die uit twee vijf meter hoge kinderhoofden bestaan waarlangs een mist uit de grond omhoog stijgt. De Spaanse kunstenaar kreeg naar verluidt het idee voor een mistfontein toen hij bij een bezoek aan Friesland de ochtendnevel gewaar werd. Vanaf het station gaat de route over de gracht het al gezellig drukke centrum in, waar we al snel uitkomen en op een gezellig druk Wilhemina plein met het Fries Museum. Een goede gelegenheid om alvast een kaartje te kopen, want na de rondwandeling willen we het museum bezoeken. Dat blijkt geen sinecure, want vrijwel alle kaartjes zijn uitverkocht zodat we ons tevreden moeten stellen met slechts één uurtje museumbezoek vlak voor sluitingstijd. Voldoende tijd dus om eerst onze rondwandeling af te maken. Hierbij stuiten we vervolgens op een grote groep in witte overals geklede jongelui. Het blijken eerstejaarsstudenten tijdens hun introductieweek en daarbij de stad ‘opluisteren’ met allerlei activiteiten. Wij vervolgen onze route en komen daarbij langs een hele trits, goed onderhouden, gebouwen zoals: de Waag, de scheve Oldenhove, het Princessehof, het Stadhouderlijk Hof, het Stadhuis en de Kanselarij. 

Door de wind gaat de mist de mist in 

Scheepjes in de Friese grachten

Om het nog even beter te kunnen zien

Enorm skelet van een walvis

Ontgroening voor de Oldenhove

Princessehof: Ook geboortehuis van Escher

Vijver in de Prinsentuin

Sint Anthonius Gasthuis

Rondvaart door de grachten

Na de rondwandeling is het tijd voor het museum. De reguliere expositie handelt uiteraard over Friesland met al zijn facetten, maar momenteel is er ook een drukbezochte tentoonstelling van de in Leeuwarden geboren graficus Escher. Vooral deze trekt onze belangstelling en we brengen daarom een flink deel van onze toegemeten tijd daar door. Maar ook de tentoonstelling over Friesland is goed verzorgd en in een kwartiertje bekijken we de highlights ervan, wat eigenlijk wat te kort is om alles goed te bekijken. De wachttijd tot de bus ons terugbrengt naar de camping brengen we in een restaurantje door, zodat we weer huis niet hoeven te koken en kunnen terugkijken op een welbestede dag.

Interieur uit Hindelopen

Voorbeelden uit het werk van Escher: Links uit de periode van vóór de oorlog, rechts zijn latere werk

Dag 3 – Dinsdag 28 augustus – Via Workum naar Sneek.

Ons verblijf op deze camping loopt al weer ten einde en vandaag gaan we op weg naar onze volgende overnachtingsplek in Sneek. De rit erheen gaat door het vlakke Friese land en via een omweg voor een bezoek aan Workum. Natuurlijk gaan we het stadje bekijken en ook de fontein, maar vooral ook voor een bezoek aan het Jopie Huisman museum. Na een uurtje rijden naderen we Workum en midden in het centrum is een grote parkeerplaats waar met gemak de camper kan worden neergezet. Terwijl Aukje koffie zet inspecteer ik de omgeving. Een prachtige aanlegmogelijkheid voor jachten met alle voorzieningen en een royale plek voor campers maakt dat ik vind dat men hier de zaakjes voor bezoekers goed voor elkaar heeft. Na de koffie stappen we het gezellig drukke centrum in en een paar blokken verder duikt het museum op. Jopie Huisman was een markante man in Workum en later ook in heel Nederland bekend. Begonnen als handelaar in lompen en metalen heeft hij al vanaf zijn jeugd zijn talent voor tekenen en schilderen ontwikkeld. De in 2000 overleden Huisman heeft nog mogen meemaken dat zijn werk, hij wilde niets verkopen, in ‘zijn’ museum tentoon werd gesteld. Het huidige museum is prachtig ingericht en je merkt ook dat de mensen die er nu werken met liefde hun taakopvatting ten uitvoer brengen. Vanwege de Culturele hoofdstad van Europa is een collectie van 35 werken van vooral uit zijn eerste levensfase, die zijn uitgeleend aan het museum van de Zwitserse zakenman Frederik Paulsen, terug in Workum. Bij een bezoek aan het museum wordt als inleiding een film over het leven van Jopie Huisman vertoond, die wordt gepresenteerd door Jopie’s oudste zoon Pepy. Al met al een prachtige en indringende tentoonstelling die het bezoek meer dan de moeite waard maken. 

Voorbeelden uit het werk van Jopie uit de periode rond zijn twintigste jaar

Zelfportret

Zijn vader Ypke

Terugkijkend op zijn periode in Duitsland

Maatschappijkritisch... vooral in de periode na zijn scheiding

Voorbeelden van het meer bekende werk van Jopie: De broek van neef Jelmer, de schoenen van vader Ypke en een pop

Het verhaal van het bordje

Jopie's eerste baantje dankzij zijn wijze moeder Grietje.

De moeder van Jopie had een winkeltje tegenover ons huis op de Dwarsnoard. Mijn vader, Albert Bräuner, was aardewerkdraaier bij Aardewerkfabriek de Boer in Workum en richtte, met een paar vrienden, in 1937 sier-aardewerkfabriek Aurora op. Jopie kwam van school en had, zoals velen in die tijd, geen werk. De moeder van Jopie bedacht een plan. Zij sprak met mijn moeder en vroeg haar of mijn vader misschien een baantje voor Jopie had. Ze zei: 'Jopie kan goed tekenen, ook wel aardig schilderen en dan is hij van de straat.' Op het antwoord van mijn vader, dat hij op dat moment voldoende mensen had en er eigenlijk geen mensen bij kon hebben, ontvouwde zij haar plan. Zij gaf mijn vader twee rijksdaalders met de woorden: 'Als Jopie bij Aurora zou kunnen komen werken geef je hem aan het einde van de week deze vijf gulden. Jopie geeft deze, als hij thuiskomt aan mij en ik geef deze maandag weer aan jou. Dan kost het je niets, je kunt kijken of het iets voor hem is, Jopie heeft werk en doet ervaring op.' Tegen zoveel wijsheid en moederliefde had hij geen weerwoord en zo gebeurde het. Jopie leerde aardewerk te beschilderen en na een paar maanden kreeg hij een vast dienstverband. Het werk dat hij beschilderde signeerde hij aan de onderkant met 'J'. In deze periode maakte hij ook het schilderij: 'Aan het werk bij Aurora' dat in het Jopie Huisman museum hangt.

Guus Bräuner

Weer buiten, verkennen we de rest van het stadje Workum. Het centrum wordt gevormd door het plein ‘de Merk’ met het Stadhuis, de oude Waag en daarachter de Sint Gertrudeskerk. De doorgaande hoofdstraat die daar op aansluit, ‘de Noard’, is aan weerszijde bebouwd met prachtige huizen van vaak uit de zeventiende eeuw. We wandelen tot het eind, tot aan de Sint Werenfriduskerk waar we een kijkje nemen en door een vrijwilligster in de kapel worden rondgeleid. Op de terugweg richting de camper lopen we langs de Diepe Dolte, de doorgaande vaart waarlangs vorige week zwemmer Maarten van de Heijden door een menigte werd toegejuicht. Tevreden rijden we daarna over smalle binnenweggetjes naar de stadscamping van Sneek voor onze overnachtingsplek.

De Merk met het Stadhuis en de Waag

Gezicht op de Noard

Een van de talloze mooie geveltjes

De Sint Werenfriduskerk

De Diepe Dolte: Vorige week nog het domein van Maarten van de Heijde

Fontein met de leeuwen uit het wapen van Workum

Dag 4 – Woensdag 29 augustus – Sneek en omgeving.

Voor ons geen vakantie zonder ook een wandeling. Op ongeveer vier kilometers van Sneek ligt het ‘stadje’ IJlst en dus kunnen we daar al wandelend gelijk ook een kijkje gaan nemen. Vanaf internet heb ik een rondwandeling gedownload en deze zodanig aangepast dat het vertrek en aankomstpunt bij onze camping ligt. Voor vandaag wordt in de namiddag regen verwacht, dus is het zaak om zo vroeg mogelijk op pad te gaan. En daar wringt bij ons gewoontegetrouw de schoen, zodat het toch al weer half elf is als we de camping achter ons laten. Het eerste stuk gaat langs de gracht die de rand van het oude centrum vormt en daarna ontvouwt het open Friese landschap zich voor ons. Met in de verte hier en daar een kerktoren en daartussen grasland met de bekende Friese koeien komt het overeen met de voorstelling die ik me vooraf van had gemaakt. Wel mooi, maar op den duur toch ook een beetje eentonig, zodat we het niet erg vinden dat Nijezijl vlakbij IJlst in zicht komt. Een kwartiertje later sluiten komt de ophaalbrug over het riviertje de Geeuw in zicht die natuurlijk juist is geopend om de vele bootjes door te laten. Net over de brug houden we bij een snackbar onze lunchpauze. Inmiddels begint het ook al een beetje te spetteren. Het stadje IJlst was bekend als handelsstad en om zijn scheepsbouw. Jarenlang ook bekend vanwege de firma Nooitgedacht, fabrikant van gereedschappen, houten speelgoed en schaatsen. Inmiddels bestaat het bedrijf niet meer en rest alleen de hoge fabrieksschoorsteen die het centrum domineert. Zodra we IJlst bijna uit zijn ontwaren we plots de fontein uit het 11 Fountains project. Ditmaal in de vorm van een bos bloemen die in een grote vaas is geplaatst. 

Het vlakke open Friese landschap

Bij dit oorlogmonument heb je een tolk nodig

Frieser kan haast niet

Het kerkje van Oosthem

Gezellige drukte op de Geeuw bij IJlst

Bloemenfontein van IJlst

Even verderop zien we een hoge stellingmolen. Het blijkt molen De Rat, een houtzaagmolen van al ruim driehonderd jaar oud en anderhalve eeuw terug vanuit Zaandam naar IJlst overgebracht. De molen wordt door vrijwilligers en met subsidie van de gemeente in bedrijf gehouden. Wij mogen de molen van binnen bekijken en het is interessant om de grote tandraderen en de imposante balken te zien die al meer dan driehonderd jaar hun werk doen. Helaas is er vandaag te weinig wind dus gaat een demonstratie aan onze neus voorbij. Na de bezichtiging vervolgen we onze wandeling en slingeren langs de Geeuw naar de zuidzijde van Sneek. Daar versperren de A7 en een recent gegraven kanaal onze weg zodat we flink moeten omlopen voordat we het centrum naderen en de bekende waterpoort in zicht komt. De poort heeft thans geen functie meer, maar vanuit de poort hebben we wel een prachtig uitzicht. Als wij er zijn dient zich juist een grote rondvaartboot zich aan die een haakse bocht moet maken om zicht door de vlakbij de waterpoort liggende brug te wurmen. Het laatste stuk van onze tocht gaat door het gezellig drukke centrum van Sneek, waarbij het jammer is dat de winkels van de grote Nederlandse winkelketens afbreuk doen aan het eigen karakter van de stad.

Ons wandelpad langs de Geeuw richting Sneek

De grote rondvaartboot maakt een haakse bocht voordat hij de nauwe brug passeert

De karakteristieke Sneker waterpoort

De fontein van Sneek

Gezellig centrum met terrasjes en gracht

De eendenverkoopster en de lappenverkoper

De Rat

Oorspronkelijk stond de houtzaagmolen in de Zaanstreek, waar "De Rat" vóór 1683 als balkenzager werd gebouwd. Aan het eind van de Frans Engelse oorlog, begin twintigste eeuw, verkeerde Nederland in een toestand van algehele malaise. Door een gebrek aan aanvoer van stammen uit het buitenland stonden de vele zaagmolens in De Zaan stil. Over de Rat wordt zelfs geschreven dat hij verkeerd in desolate toestand. Het was rond 1829, dat de burgemeester van IJlst, dhr. Ringnalda besloot om de molen aan te kopen en te verplaatsen naar IJlst. Dit was niet zozeer als weldoener voor de gemeente IJlst, maar meer omdat dhr. Ringnalda zelf houthandelaar was en wel mogelijkheden voor de molen zag, die hij natuurlijk voor niet al teveel geld op de kop had getikt. De molen werd als bouwpakket uit elkaar gehaald en weer opgebouwd in IJlst. Rond 1850 wordt de molen overgenomen door fa. Oppedijk, die in IJlst ook al een oude molen bezat. Ruim honderd jaar zaagde de molen nog op windkracht, voordat ook "De Rat" werd onttakeld door de nieuwe technische revolutie. Kap en wieken werden verwijderd en een elektromotor zorgde vanaf toen voor de aandrijving! Tot 1950 zaagde de Rat voor de fa. Oppedijk balken en planken, toen dreigde de sloophamer de molen definitief te vellen. Gelukkig ontfermde de gemeente IJlst zich over de molen en zorgde ervoor dat omstreeks 1967 "De Rat" weer was voorzien van kap en wieken. Het zou echter nog tot 1977 duren voordat de gehele restauratie voltooid was en de Rat weer kon zagen op windkracht.

Houtzaagmolen De Rat

Tekening met doorsnede van de molen

Gezellig druk bij een nog werkende molen

Haakse overbrenging met houten tanden

Hier wordt niet wekelijks gestoft

Bij windstilte is er volop tijd voor pauze

Dag 5 – Via Sloten terug naar huis.

Vandaag alweer de laatste dag van onze mini vakantie. Inmiddels hebben we vier ‘steden’ bezocht en met een kleine omweg is het mogelijk om, op weg naar huis, nog een vijfde stad aan te doen. Sloten is met 740 inwoners het kleinst van de Friese steden, maar doordat de kern goed bewaard is gebleven zeker het bezoeken waard. De stadskern is autovrij gemaakt maar aan de rand is voor voldoende parkeerruimte gezorgd. Ons oog valt direct op een grote verzameling borden die in het weiland staan opgesteld. Ze zijn van het Colourfield Performance project van Sneker kunstenaar Dirk Hakze, dat in het kader van het Culture Hoofdstad 2018 is opgezet. Honderden kunstenaars maken ter plekke hun kunstuiting op een groot vierkant paneel. We nemen uitgebreid de tijd en lopen tussen de rijen door om te kijken of er ook nog iets tussen hangt dat ons aanspreekt. De kunstwerken zijn op acrylverf basis en de meesten blijken ook te koop. Zonder aankoop verlaten we tentoonstelling en lopen via een onderdoorgang het stadje binnen. 

499 kunstwerken in een driehoek opgesteld

Vrij entree bij de Colorfield Performance

Uiteenlopende onderwerpen

Kunstenaar aan het werk

De rondwandeling langs de authentieke huisjes is leuk maar, vanwege de beperkte omvang van het stadje, ook vrij snel klaar. In het voormalige stadhuis, dat nu als museum dienstdoet, verdiepen we ons in de geschiedenis van Sloten dat vroeger op een strategisch kruispunt van water- en landwegen lag. Het stadje was daarom niet alleen van strategisch belang, maar zorgde door het heffen van tol ook voor een aardige bron van inkomsten. Op de bovenste verdieping is een toverlantaarn verzameling ondergebracht. Deze voorloper van de filmprojector bracht bewegende beelden waarmee, op kermissen en in zalen, een groot publiek kon worden vermaakt. Tot slot bekijken we  een film over de geschiedenis van het stadje, waarna we op zoek gaan naar de fontein die aan de rand blijkt te zijn opgesteld. Een leuk kunstwerk samengesteld uit een pilaar van emmers, jerrycans en wasbakken met daar bovenop een jongen. Op de schouders van de jongen staat een meisje dat op haar beurt een kievit in haar hand houdt. Nadat we nog een paar Friese oranjekoeken hebben gekocht is het tijd voor de thuisruis. Deze gaat ditmaal door de nieuwe polders en verloopt vlot, zodat vóór het einde van de middag de camper weer naast ons huis wordt neergezet.

De 'bruine vloot' ligt afgemeerd

Alsof de tijd heeft stilgestaan

Vroeger de doorgaande vaarroute door de stad

De stellingmolen De Kaai uit 1755 is een korenmolen

Maquette van het stadje op in het museum

De fontein van Sloten