Overwinteren in Andalusië, Spanje 2018

Noot: Klik op de foto's om ze groter te maken, klik nogmaals om in te zoomen

Dag 1 & 2 - Zaterdag 13 en zondag 14 januari – Een flinke hobbel onderweg.

Vanmorgen om half acht trekken we de huisdeur achter ons dicht en rijden de straat uit. Het is nog donker en tegen de tijd dat het volledig licht is zijn we Rotterdam al gepasseerd. Ook het stuk door België gaat vlot en vlakbij de Noord-Franse stad Arras houden we een koffiestop. Vervolgens rijden we via Amiens naar onze overnachtingsplaats in Bresles, op zo’n 60 km ten noordwesten van Parijs. Op de rondweg van Amiens voel ik dat het koppelingspedaal ineens heel licht gaat en onderin blijft steken. Al rijdend weet ik het pedaal met m’n voet weer omhoog te brengen en daarna werkt de koppeling totdat we op de camping arriveren alsof er niets mis is. Bij het inparkeren weigert de koppeling opnieuw dienst en nu laat hij het definitief afweten. Met moeite weet ik de camper nog op z’n plek te krijgen. Een onderzoekje leert dat het gaat om een probleem met de hydraulische bediening van de koppeling. In de hoop dat een reparatie ter plaatse kan worden uitgevoerd zoeken we naar een lokale Renault-garage in Bresles maar die blijkt al jaren geleden opgeheven. De dichtstbijzijnde is vijftien kilometer verderop in Beauvais en die is natuurlijk in het weekend gesloten. In plaats van zondagmorgen verder te trekken wordt het dus een langer verblijf op de camping, want met de camper valt niet te rijden. Zondag hebben we dus alle tijd voor contact met en tips van het thuisfront en ook voor een leuke wandeling in de omgeving. We zitten warm en droog in onze camper dus dat valt wel uit te houden.

Het kale Franse winterlandschap

En grauwe gevels van huizen en kerken

Tijd voor een zondagwandeling

Dag 3 & 4 - Maandag 15 en dinsdag 16 januari – Een koude douche waarna het herstel volgt.

Maandagmorgen bel ik de garage in Beauvais. Daar geeft men te kennen dat men alleen elektrische problemen op locatie repareert, de camper moet dus naar de garage worden gebracht. Vervolgens de SOS hulplijn van de verzekering gebeld waar men snel en adequaat te werk gaat. Binnen een uur is een lepel-wagen op de camping ter plaatse. Ook de norse Fransman daarvan stelt vast dat het alleen in de garage kan worden gerepareerd en even later worden we met een gangetje van negentig kilometers per uur naar de garage vervoerd. Vier man tegelijk duwen de camper op z’n plaats, waarna men terstond in beraad gaat terwijl wij met een kopje koffie in de wacht worden gezet. 

De sleepdienst krijgt uitleg over het mankement

Op naar de 'dokter'

Naar de wachtkamer

Zodra de uitslag bekend is, blijkt dat het maar goed is dat we de koffie hebben doorgeslikt want het oordeel is niet mis. De koppelingscilinder, die zich in het koppelingshuis bevindt, lekt. Hierdoor is de vloeistof, die voor het bedienen van de rem & koppeling wordt gebruikt, in het koppelingshuis terecht gekomen en heeft daar de boel aangetast. Dat betekent dat niet alleen de cilinder maar ook de z.g. drukgroep moet worden vervangen. Om daar bij te komen moet van alles worden losgemaakt, hetgeen een flinke klus met dito kosten oplevert. 

Als laatste tegenvaller, blijken niet alle benodigde onderdelen op voorraad, wat inhoudt dat de klus pas morgen kan worden afgemaakt. Wij maken de balans op en besluiten om ons met een taxi naar de camping te laten vervoeren, waar wij voor één nachtje gebruik kunnen maken van een vakantiehuisje dat daar beschikbaar is. Opnieuw zitten we er dus warmpjes bij, maar zijn wel een beetje uit ons doen wat ons onrustig doet slapen. Dinsdagmiddag worden we weer door een taxi bij de garage afgezet. Daar blijkt dat de camper al is gerepareerd en trappelt van ongeduld om weer met ons op stap te gaan. Dat kan pas als ook de laatste hobbel is genomen. De caissière van de garage is twintig minuten bezig om de factuur samen te stellen en die is dan ook twee pagina’s lang. Het eindbedrag blijft gelukkig binnen de raming die men vooraf heeft afgegeven. We krijgen het defecte onderdeel als souvenir mee en men vertelt ons dat dit defect vaker voorkomt, hetgeen ons natuurlijk niet geruststelt. 

Het defecte onderdeel als souvenir

Het plan was om nog een nachtje op de camping te blijven en dan morgenvroeg via Parijs richting Orleans te rijden. Aukje stelt voor om, nu de reparatie een paar uur eerder klaar is dan was aangegeven, direct de rit naar het zuiden aan te vangen. Van rustig slapen tot morgenochtend vroeg zou toch niets komen en op dit moment voelen we ons fit en is het nog niet druk op de weg. Deze keuze blijkt goed uit te pakken en om kwart voor acht ’s avonds rijden we de camperplaats van Saran vlakbij Orleans op.

Ons onderkomen tijdens de reparatie

Het interieur valt niet tegen

Het huisje is van alle gemakken voorzien

Dag 5 & 6 - Woensdag 17 en donderdag 18 januari – Verder naar het zuiden van Frankrijk.

Zondag was het mooi weer, maar vanaf maandag regent het zo nu en dan. Ook vanmorgen is er een miezerregen en voelt het kil in de camper. Dat laatste bestrijden we met de kachel, maar aan het weer kunnen we niets veranderen. De rit vandaag naar onze volgende overnachtingplaats in Saint Germain-les-Belles gaat daarom ook door een triest ogende omgeving. De reis verloopt vlot, ook al omdat we gisteren al tot nabij Orleans ware gevorderd. Op camping De Montreal zijn we al verschillende keren geweest en we kennen de Nederlandse uitbaters van de camping ook aardig goed. Camping baas Hans blijkt afwezig, hij staat momenteel met een stand op de Caravana beurs in Nederland. Zijn vrouw kennen we van haar verzameling gebruikte potten, pannen en vooral wijwatervaatjes waarmee ze het sanitair gebouw heeft behangen. Een keurig onderhouden camping met verharde plekken, een iets mindere douche maar met prima internet. Om kwart over acht gaan we de volgende morgen weer op reis. Iets meer dan 430 kilometers voor de boeg tot de camping in Colombiers nabij Beziers. Maar wel een rit vooral via binnenwegen en een paar honderd kilometers over kronkelige wegen in het heuvelland.

Weer door dorpen...

... en door dorpen ...

... en langs rivieren

De rit verloopt volgens plan maar als we uiteindelijk om vier uur de camping bereiken zijn we toch blij dat het er voor vandaag op zit. Vrijwel de hele dag spetterde het op de voorruit en pas met de camping vlakbij brak het wolkendek. Zodra we uitstappen valt het direct op dat de lucht een stuk droger is dan hetgeen we tot nu toe onderweg hebben gevoeld. Het welverdiende pilsje drinken we bij een ondergaande zon op ons terrasje naast de camper.

Dag 7 - Vrijdag 19 januari – We trekken Spanje in.

Minder vroeg dan gisteren vertrekken we vandaag om half tien voor toch weer een flinke rit. Ditmaal moet onderweg ook de boodschappenvoorraad worden bijgevuld wat al met al ook weer een uurtje in beslag neemt. En ook vandaag arriveren we weer rond vier uur op onze overnachtingscamping in Vilanova i la Geltrú, tussen Barcelona en Tarragona. Toch voelt het veel minder inspannend dan gisteren omdat we, nadat we de Spaanse grens zijn gepasseerd, vooral over rechte en goed geasfalteerde wegen rijden. 

Het ziet er nog niet erg Spaans uit...  maar daar is toch echt Spanje

Ook het weer is vandaag een stuk aangenamer dan gisteren, niet alleen qua temperatuur maar meestentijds rijden we ook in de zon. Bij aankomst op camping Villanova Park worden we met onze naam aangesproken. Men heeft ons aan het kenteken van de camper al van een eerder bezoek herkend. De camping is mega groot en om te voorkomen dat we verdwalen worden we ook nu weer voorgegaan door een auto van de camping naar onze plek gebracht. ’s Avonds is de temperatuur nog lekker en maken we nog een wandeling over de uitgestrekte camping.

Dag 8 - Zaterdag 20 januari – Nog een laatste reisdag en dan even pas op de plaats.

Al vóór ons vertrek van huis was het de bedoeling om zo snel mogelijk naar Spanje te rijden en als we daar eenmaal in een gebied met gunstig weer zijn aanbeland, een paar dagen uit te blazen en op verhaal te komen. Zeker met het oponthoud en de bijbehorende commotie onderweg zijn we daar ditmaal zeker aan toe. Nog één dagje rijden en dan is het zover. Wij hebben als rustplek camping Tauro in Benicassim op het oog. Omdat we uit onze ervaring van vorig jaar weten dat deze camping erg gewild is, willen we er op tijd arriveren, zodat de kans dat we er terecht kunnen maximaal is. Om half negen rijden we de camping af. We hebben voor het eerste stukje de keuze uit een kronkelig bergweggetje of een even lange binnenweg met een reeks stoplichten. We kiezen voor het eerste. Dat levert niet alleen een paar mooie uitzichten op maar we worden ook een tijdje opgehouden door een paar groepen amateur-wielrenners die er op zaterdag op uit trekken. 

Eerst een mooie bergweg nabij Castellet

Zaterdag: dus trekken ze er op uit

Maar dan toch echt sinaasappelland

Daarna gaat het met een snel-camper vaart, zodat we de in totaal driehonderd kilometer om kwart voor twaalf achter de rug hebben. Bij aankomst op de camping lijkt er eerst alleen voor vandaag nog een plekje vrij voor ons, maar even later horen we dat we toch langer kunnen blijven. Wij zijn tevreden met onze plek, net als over het weer van vandaag. Niet uitgesproken zonnig maar wel een goede temperatuur. ’s Avonds voelt het buiten aan als een zwoele zomernacht in Nederland. Wat een verschil in dit jaargetijde.

Dag 9 - Zondag 21 januari – Een dagje lummelen.

Na een week zijn we wel even toe aan een dagje nietsdoen. Nou ja, nietsdoen? Aukje gaat in de loop van de middag richting strand om daar een poosje te trimmen en ik werk het reisverslag bij van de afgelopen dagen. Gisteren, toen we hier arriveerden, was het nog wat bewolkt maar vandaag schijnt de zon uitbundig. Ook de typische flapperwind, die we de afgelopen jaren in Spanje ook herhaaldelijk hebben ervaren, is vandaag aanwezig en laat zich niet onbetuigd. Er wordt flink aan de beschermhoes van de fietsen getrokken en ook de camper schudt af en toe. Maar het is wel een zwoele wind en bij een temperatuur van ongeveer 23 graden is het buiten best uit te houden. Kortom, een heerlijk dagje voor ons waar we echt van genieten.

Geen koudwatervrees

Dag 10 - Maandag 22 januari – Op de fiets naar Orpesa.

Toen we hier een jaar terug waren, hebben we drie dagen op beter weer zitten wachten en kwamen we alleen tussen de buien door de camper uit. Wat een verschil met nu. Was het vorig jaar slechter weer dan normaal, ditmaal zitten we duidelijk aan de goede kant van het gemiddelde. Voor vandaag staat een fietstochtje van ongeveer 35 kilometers op het programma. Langs de kust ligt een voormalig spoorlijntje dat tegenwoordig in een fietspad is omgetoverd, een Via Verde. Naar het noorden gaat deze naar de badplaats Orpesa. Redelijk vlak terrein en niet al te lang, dus geschikt om ons achterwerk aan het zadel (of andersom) te laten wennen. Voordat we het tracé van spoorlijn bereiken rijden we langs de boulevard van Benicássim, waar het ’s zomers druk zal zijn maar waar nu slechts hier en daar een paar wandelaars en fietsers te bekennen zijn. Langs de boulevard een serie mooie villa’s uit het begin van de vorige eeuw waarvan een deel in verval is geraakt. Tussen Benicassim en Orpesa rijden we tussen rotsen en het groen en met mooie uitzichten op zee. 

Volgens onze info de mooiste villa

Vroeger voor de boemeltrein, nu mooie fietstunnel

Lekker fietsen met uitzicht op zee

In Orpesa aanbeland herhaald het straatbeeld zich zoals je dat in talloze badplaatsen langs de Spaanse kust ziet. Een voormalig klein plaatsje waarvan de oorspronkelijke kern niet meer herkenbaar is maar in plaats hiervan een paar vierkante kilometers met appartementsgebouwen. Wij rijden door naar de urbanisatie Marina d’Or. Ook nu weer flats met appartementen en hotels, maar ook een uitbundig versierd straatbeeld. Onverwacht stuiten we op een grote stadstuin, aangekleed met mozaïek en beelden. Een leuke verrassing die laat zien dan men hier flink wat geld over heeft om de aankleding van een anders saai toeristenoord te verlevendigen. Op de terugweg doen we nog wat boodschappen waarna we thuis nog net met wat zon ons gebruikelijke pilsje kunnen drinken.

Fietstocht van Benicassim naar Orpesa

Afstand: ca 32 km, Startpunt: Camping Tauro

Hiernaast de gefietste route van vandaag. Klik op de afbeelding om deze groter te maken. Download het GPX bestand van de fietstocht om deze in het GPS-toestel te kunnen laden.

Via verde Benicassim - Oropesa
Geografische data – 497,4 KB 487 downloads

Dag 11 – Dinsdag 23 januari – Voor het eerst heuvelop.

Na de fietstocht van gisteren is het vandaag tijd om de wandelschoenen aan te trekken. Vanuit Benicássim kun je verschillende rondwandelingen maken, maar die gaan allemaal de heuvels in. Wij hebben een wandeling van een kleine 12 km op het oog en die begint aan de rand van Benicássim. Geen nood want dat probleem lossen we op met ritje op de fiets van tweemaal drie en halve kilometer. Nadat we aan het begin van de wandeling zowel de spoorlijn als de tolweg AP7 hebben gekruist komen we in het natuurpark Desert de les Palmes, hetgeen inhoudt dat het voor Spaanse begrippen weelderig beplant is en dus ook groen. Het gebied is van vulkanische oorsprong en het gesteente is dan rood en relatief zacht. We moeten flink klimmen waardoor onze ‘rubberen benen’ danig op de proef worden gesteld. Het zonnetje, dat ook flink zijn best doet, maakt dat we al snel het idee hebben dat we aan een heuse bergwandeling zijn begonnen. Halverwege bereiken we een asfaltweg en even verderop een groepje huizen waarvan we zeggen: “Dat zou ook wel wat voor ons zijn”. Vooral “Font Tallada” ziet er door zijn opvallende kantelen uit als een opnieuw opgetrokken fort, waarvandaan de omgeving in de gaten werd gehouden. 

Na nog een stukje verder omhoog bereiken we op ruim vierhonderd meter het hoogste punt van vandaag, waarna we langzaam afdalen richting zee en Benicássim. Vanwege het vulkanische gesteente en veel gruis is het hierbij nog wel even opletten geblazen. Zodra we langs een sinaasappelplantage komen huldigen we het principe dat fruit dat over het hek hangt en dus boven de openbare weg, door ons mag worden geproefd. Met geen ander gereedschap dan Aukjes wandelstok valt het niet mee om ze van de boom te meppen. Met moeite kunnen we er ééntje bemachtigen en deze wordt terstond goedgekeurd. De rest zullen we overmorgen op de markt moeten aanschaffen.

Wonen in het groen met uitzicht op het dal

Mooi uitzicht op Benicássim en de zee

Laaghangend fruit? Vergeet het maar!

Rondwandeling PR CV 397 Benicassim

Afstand: ca 12 km, Startpunt: N40.056688, E0.062390

Hiernaast de gewandelde route van vandaag. Klik op de afbeelding om deze groter te maken. Download het GPX bestand van de wandeling om deze in het GPS-toestel te kunnen laden.

PR-CV 397 Benicasim
Geografische data – 114,9 KB 457 downloads

Dag 12 – Woensdag 24 januari – Naar Castellón de la Plana en El Grao de Castellón.

Nogmaals op de fiets, maar nu voor een ritje naar het zuiden. Net als eergisteren naar het noorden, is via de z.g. Via Verde ook een fietstochtje naar het zuiden mogelijk. Op ongeveer acht kilometers van de camping ligt de hoofdplaats van de regio, Castellón de la Plana, met daarbij aan de kust het kleinere El Grao de Castellón. Een leuk doel voor een rondritje op de fiets voor vandaag. We volgen opnieuw de Via Verde die, anders dan meestal het geval, keurig is geasfalteerd en ons veilig in Castellón brengt. Na een bezoekje aan McDonalds, gaan we dwars door het centrum en ook hier heeft men vrijwel overal fietspaden aangelegd. Toch kunnen we niet ontspannen rijden want bij elke kruising of rotonde loert er in de drukke binnenstad gevaar van alle kanten. We zijn dan ook blij als we het centrum achter ons kunnen laten. Vlak voordat we in El Grao aankomen zijn we getuige van een heuse brand, het hoogtepunt van de dag. Tussen een autohandel en een school staat iets achter een perceel met riet in de fik, mogelijk als gevolg van het gedrag van zwervers die zich daar een onderkomen hebben verschaft. Dikke zwarte rookpluimen doen omstanders, de politie en tenslotte ook de brandweer toesnellen. Na dit spektakel bereiken we even later de kust. Vandaar rijden we, over de boulevard van El Grao en opnieuw een mooi fietspad langs de zee, terug naar onze camping.

Lekker peddelen over mooi asfalt

Het hoogtepunt van de dag

Even uitrusten onder de palmbomen

Dag 13 – Donderdag 25 januari – Nog een extra dagje op deze camping.

Eigenlijk zijn we hier klaar, d.w.z. uitgerust en we hebben zin in de volgende sprong naar het zuiden. Toch blijven we nog een dagje extra zodat we de camper schoon kunnen maken en bovendien ook even naar de markt, die hier op donderdag wordt gehouden. Weer even op de fiets dus en inmiddels kennen we hier al een beetje de weg. De markt onderscheidt zich niet van die in andere Spaanse plaatsen. Wij komen vooral voor het fruit en de groenten en die zien er niet slecht uit. Van de kleding die hier wordt verkocht spreekt alleen de prijs ervan mij aan. Na het prachtige weer van de afgelopen week is het vandaag bewolkt en zijn de toppen van de bergen in nevel gehuld. Ook de temperatuur heeft met ca. 16 graden een paar stapjes teruggedaan. Voor morgen wordt er regen verwacht dus zorgen we dat we vandaag alles vertrekgereed hebben gemaakt.

De Spaanse bouwkunst.

Niet dat ik de bouwkunst van Gaudi wil bekritiseren, maar als ik de bouwvakkers hier op de camping aan de gang zie dan moet ik toch even wennen aan de Spaanse manier van werken. Men kiest hier voor de methode: ‘Vele handen maken rommelig werk’ en deze ‘integrale aanpak’ leidt er toe dat het nieuwe sanitairgebouw al in gebruik is genomen terwijl er nog tal van werkzaamheden moeten worden verricht. In de technische ruimte is al het leidingwerk vastgezet met welgeteld 8 beugels en een handjevol tie-wraps, terwijl de toegang ernaar zonder deurposten en deuren beslist niet ‘wind- en waterdicht’ is gemaakt. Maar, het moet gezegd, aan de binnenzijde ziet het er uiteindelijk netjes uit en ook de buitenzijde moet er volgens de schilder mooi uitzien als over een paar weken het tegelwerk is aangebracht. Maar of het dan echt helemaal ‘af’ is valt nog te bezien.

Hier moeten de spoelbakken komen

Strak leidingwerk

De nieuwe technische ruimte

Maar binnen oogt het goed

Dag 14 – Vrijdag 26 januari – Weer een stukje verder zuidwaarts.

Na zes nachtjes op de camping in Benicássim zou je haast vergeten dat we op weg zijn naar Gibraltar. Maar daarvoor krijgen we een duwtje in de rug door het weer. Afgelopen nacht begon het flink te regenen en ook vanmorgen regent het vrijwel onophoudelijk. Broodnodig voor de natuur maar voor ons toch weer even wennen. Gelukkig waren we op tijd op de hoogte zodat we gisteravond onze spulletjes al in de camper hadden opgeborgen. Vanaf de camping maken we een klein lusje richting de supermarkt en daarna zetten we koers naar het zuiden. Op een kleine driehonderd kilometers rijden ligt een, voor ons inmiddels bekende, pleisterplaats: camping Las Palmeras in Crevillente. Onderweg blijft het nog spetteren tegen de voorruit, maar eenmaal in de buurt van Alicante wordt het droog en breekt zelfs af en toe het zonnetje door. Zodra we ons tegen vier uur melden, blijkt dat men vandaag een groepsreis van de NKC (de Nederlandse Kampeerauto Club) verwacht. Omdat die reis niet geheel is volgeboekt zijn er toch nog wat plekken beschikbaar. De plek die wij kunnen uitkiezen blijkt voor ons prima en zelfs de TV schotel weet tussen de palmbomen door de satelliet te vinden.

Dag 15 – Zaterdag 27 januari – Door naar de zuidkust van Spanje.

Op de vóórlaatste reisdag voordat Gibraltar in zicht komt, tuffen we weer zo’n driehonderd kilometers zuidwaarts. Véél zuidelijker kan ook niet, want de camping waar we komende nacht willen overnachten ligt veertig kilometers west van Almeria en maar 100 meters vanaf de zee. We rijden vandaag door voor ons inmiddels vertrouwd gebied, omdat we dit stuk de afgelopen twee jaar ook al hebben gereden. Vrijwel de gehele rit gaat over de snelweg A-7 en dat betekent: ontspannen rijden en lekker opschieten en bovendien meestentijds het zonnetje op de camper. Al vóór drie uur melden we ons bij camping Mar Azul even buiten het plaatsje Balerma. Volgens de bordjes moeten we de camper eerst op de parkeerplaats zetten en even later weten we ook waarom. De camping blijkt al geruime tijd vol en men heeft de parkeerplaats tot camperplaats omgetoverd. Hier mogen we de camper dus tot vertrek morgenochtend laten staan. We kunnen op de camping douchen, hebben internet en alle overige faciliteiten van de camping. Eigenlijk ontbreekt alleen de stroom van de wal, maar dat is voor ons geen probleem.

Dag 16 – Zondag 28 januari – het laatste stuk naar Gibraltar.

Afgelopen nacht heeft het flink geregend, maar gelukkig is de lucht vanmorgen weer opgeklaard. Vandaag rijden we de laatste etappe voordat we vanaf Gibraltar met het door Aukje voorbereidde reisprogramma kunnen aanvangen. De route gaat over de snelweg A-7 die hier vlak langs de Middellandse zee loopt. Het stuk tussen Almeria en Motril, ten zuiden van Granada, is aan de kust vooral bezet door tuinbouwplastic. Een manier van tuinbouw bedrijven die waarschijnlijk goedkoop is maar niet de schoonheidsprijs verdient. Dat is dan ook de reden dat we vorig jaar, toen we hier ook in de buurt waren, een route die meer door het binnenland gaat hebben gevolgd. Vanaf Motril rijden we richting Malaga en komen daarna langs de bekende badplaatsen Torremolinos, Fuengirola en Marbella. Opvallend is dat vanaf Malaga het landschap een stuk groener oogt dan tijdens het eerste stuk van de rit. Mogelijk doet hier de invloed van de Atlantische Oceaan zich al gelden. Met nog maar dertig kilometers te gaan zien we dat de lucht boven zee blauwzwart van kleur wordt en even later rijden we in de stromende regen. Tussen de buien door parkeren we de camper, op ongeveer vijf kilometers van de rots, bij de camping van het plaatsje La Linea de Concepción. We kennen deze camping van vorig jaar.

We naderen de rots.... in een kletsnatte omgeving

Soms ga ik uit m'n dak....

... om de schotel vrij zicht te geven

Dag 17 – Maandag 29 januari – Van de regen in de storm.

Het weerbericht geeft voor vandaag en ook voor de komende dagen regen en wind. Met de regen valt het sinds gisteravond wel mee, maar inmiddels heeft zich een heuse storm ontwikkeld en die weet voorlopig nog van geen wijken. Als eerste moest onze schotelantenne het ontgelden maar korte tijd later begint de boom op onze kampeerplek ook tekenen van zwakte te vertonen. De hele nacht vallen er kleine besjes op het camperdak en ook de takken aaien de camper met regelmaat. Vanmorgen is de situatie inmiddels zodanig verslechterd dat we, in samenspraak met de beheerder, de camper een plaatsje verzetten. Hierdoor krijgt men de kans krijgen om in de loop van de dag de armlastige boomtakken te amputeren. Wij gaan te voet een kijkje nemen bij de zee, want met zulk een natuurgeweld moet er natuurlijk wel een fototje te maken zijn. Gezandstraald komen we weer terug bij de camping, waar we zien dat de bundel bovengrondse stroomkabels omlaag is gekomen. Met vereende krachten probeert men het euvel te verhelpen door de kabels aan een nieuwe draagkabel vast te knopen. In de tussentijd zijn wij van walspanning verstoken, want men was gelukkig wel zo slim om eerst de stroom uit te schakelen voordat met het karwei werd aangevangen.

De rots houdt stand !

De storm doet de takken breken

En weer op identieke wijze gemonteerd.. 

Dag 18 – Dinsdag 30 januari – Te voet naar de rots.

Als Aukje aan Engeland denkt, dan denkt ze meteen aan fish and chips. En met een stukje van Groot- Brittannië hier vlakbij, een uitgelezen mogelijkheid om dit weer eens te gaan proeven. De stormachtige wind houdt nog steeds aan, dus lokt het niet erg aan om met de fiets naar de rots te gaan. Ditmaal dus met de benenwagen, wat een flinke tippel betekent. Heen lopen we langs de kust waar de golven zich woest op het strand stuklopen. In de visserhaven liggen de kleine bootjes op betere tijden te wachten, terwijl het zeewater opspat tegen de kademuur. Vorig jaar, op de fiets, was een simpel zwaaien met ons paspoort voldoende om de grenscontrole te passeren. Nu als voetgangers, worden we een gebouw ingeloodst en vindt er tweemaal een nauwkeurige controle plaats. Het is niet duidelijk of dit met de verhoogde dreiging van tegenwoordig te maken heeft. We steken de startbaan over en even later gaan we door de z.g. landpoort de voormalige vesting binnen. Deze poort was vroeger de enige vanaf het vaste land Spanje. Vlak achter de poort ligt Main Street, de belangrijkste winkelstraat die ook nu weer gevuld is met toeristen. Vandaag loopt men met dikke jassen aan omdat, hoewel droog, de temperatuur aan de magere kant is. Nadat we in een restaurantje de overigens heerlijke fish and chips met een pilsje hebben weggespoeld, maken we ons op voor de terugtocht. Ditmaal niet langs de kust maar dwars door het plaatsje La Linea de Concepción, een stuk van vier kilometers door een armoedige omgeving die zich het best met een achterstandswijk van vóór het Vogelaar tijdperk laat vergelijken.

We naderen de rots... het weer blijkt mee te vallen

De vissers varen vandaag niet uit

Daar kwamen we voor !

DANA.

De Spaanse weerdienst waarschuwde een weekje geleden voor een fenomeen met deze naam. DANA is de afkorting voor:  Depresión Aislada en Niveles Altos, wat een geïsoleerde depressie is op hoge niveaus. Een aantal keren per jaar ontstaan de voorwaarden voor een koude depressie die gedurende een aantal dagen voor storm, veel regen en in de bergen ook voor sneeuw zorgt en niet van zijn plaats wil wijken. Afgelopen dagen hebben we hier dus mee kunnen kennismaken, al is voor ons het ongemak beperkt gebleven tot vooral veel wind, die verrassend genoeg, pal uit het oosten waait. Op andere plaatsen was men minder gelukkig en niet voor de eerste keer stonden de straten van onder meer Malaga weer blank en was er ook veel stormschade. Tijdens de rit hiernaartoe viel het Aukje al op dat verschillende riviermondingen vol water stonden, terwijl normaliter alles droog staat en de rietstengels naar ons zwaaien. Gelukkig is er ook een positieve kant, want de waterbekkens, die hier sinds afgelopen zomer niet zijn opgevuld, kunnen het regenwater goed gebruiken.

Dag 19 – Woensdag 31 januari – Klaarmaken voor Aukjes programma.

Het weer klaart al op en zoals het er nu uitziet kunnen we morgen naar onze volgende locatie vertrekken, om met het reisprogramma van Aukje aan te vangen. Vandaag dus nog maar even genieten van de beschutting die camping Sureuropa ons biedt. De camping is een onderdeel van de stichting ASANSULL, een non-profit organisatie die zich inzet om het leven van gehandicapten te verbeteren. Dit houdt onder meer in dat hier sportactiviteiten worden georganiseerd, maar ook dat het onderhoud van de camping door gehandicapten wordt uitgevoerd. En dat gebeurt goed, want over de toewijding en nauwgezetheid waarmee dit werk wordt uitgevoerd hebben we niet te klagen.

Een blik op Aukjes voorwerk

Maak jouw eigen website met JouwWeb