Reisverslag April

Dag 77 – Vrijdag 1 april – Een koude douche.

Vandaag verhuizen we naar het regionale park Sierra de Maria Los Velez. Een ritje van ongeveer 150 kilometer waarbij we onderweg weer voor ongeveer een week boodschappen willen inslaan. Het is vandaag, net zoals de gehele afgelopen periode, weer prachtig weer en de reis verloopt voorspoedig. Rond half vier rijden we camping Pinar del Rey op, die via een toegangsweg van een kleine kilometer een flink stuk van de doorgaande wegen af ligt en dus lekker rustig zal zijn. De camping oogt verlaten totdat we een Nederlands echtpaar met een buscamper ontdekken. Zij zijn, net als wij, zojuist gearriveerd en zoeken zelf maar een leuk plekje. Wij volgen hun voorbeeld en we staan nog maar net geïnstalleerd wanneer zich een vrouw met een auto meldt die zich als de uitbaatster van de camping bekend maakt. We converseren met haar noodgedwongen in het Spaans en boeken voor drie nachten. Net nadat we de centen hebben overhandigd voegt ze ons nog toe dat de douche alleen koud water geeft en dat internet alleen in het dorp beschikbaar is. 

Het eerste dorpje, Velez Rubio komt in zicht

Verbluft, maar ook omdat we een programma voor deze locatie hebben gemaakt accepteren we het ongemak gelaten. Dat wordt dus douchen in de camper, want die kunnen we in ieder geval warm water laten sproeien. Normaal douchen we altijd op de camping en dient onze doucheruimte als opslagplaats voor de vuile was. Vooral voor Aukje is de kwaliteit van de douche een van de belangrijkste criteria bij het beoordelen van een camping. Een top douche is schoon, ruim, heeft een sproeier met een slang en geeft vooral een grote hoeveelheid goed regelbaar lekker warm water. Onze camperdouche voldoet aan de meeste criteria maar je kunt niet zeggen dat hij ruim is en een grote straal water geeft. Toch doen we het ermee en na een paar dagen went ook dat en zijn we er toch wel erg blij mee. Tegen de avond melden zich nog een paar campers en ook een paar Spaanse families komen het weekend op de camping doorbrengen.

Ons plekje op de bijna verlaten camping

Dag 78 – Zaterdag 2 april – Vélez Blanco verkennen.

De plaatsje Vélez Rubio en Vélez Blanco vormen een soort tweeling in die zin dat het beiden witte dorpjes met rode pannendaken zijn die op korte afstand van elkaar zijn gelegen. Velez Rubio is de grootste van de twee en herbergt ook het bestuurlijke centrum van de omliggende dorpjes in de Sierra Maria. Wij gaan vandaag Vélez Blanco bekijken omdat dit ons het meest pittoresk overkomt en ook nog eens vlakbij de camping is gelegen. Zodra we het dorpje binnenlopen valt ons op dat alles er voor Spaanse begrippen netjes verzorgd uitziet. Frisse witte huizen met terracotta pannendaken, straatmeubilair dat op orde is en geen troep op straat. Het dorp wordt gedomineerd door het Castillo en La Muela. Het eerste is een kasteel uit 1500 en de andere is een markante berg met een hoogte van 1543 die bijna vanuit elke plek in Vélez Blanco zichtbaar is. 

Een ander kenmerk van het dorp is dat het bijna geheel in tweeën wordt gesneden door een brede barranco, de Barranco de la Fuente met natuurlijk een keurige waterbron die de inwoners van gratis drinkwater voorziet. Als wij er langs lopen vult een wielrenner zijn bidon en een automobilist zijn grote waterfles waarvan hij er een heel regiment achter in de auto heeft klaarstaan. Kennelijk iemand die buitenaf woont en geen aansluiting op het drinkwaternet heeft, iets dat in deze regio vaker voorkomt. We bekijken het centrum waar in de kerk een mis aan de gang blijkt te zijn, zodat we er maar niet naar binnen gaan. Verder door naar het informatiecentrum, waar een vriendelijke beheerder ons nog juist helpt voordat hij de tent sluit voor zijn siësta. 

Vervolgens bekijken we het parochie kerkhof. Op de weg terug maken we een ommetje omhoog naar het kasteel dat officieel Castillo de Los Fajardo heet. We maken een rondje om het kasteel en kunnen er helaas niet naar binnen omdat de onontkoombare siësta nog minstens een uurtje aanhoudt. Door smalle straatjes en langs witte huisjes uit het oudste deel van het dorp keren we terug naar de camping.

Dag 79 – Zondag 3 april - Rondje om de Maimón.

Het valt nog niet mee om in dit gebied een leuke rondwandeling uit te zoeken. We konden vooraf geen topo-kaart van dit gebied op de kop tikken en moeten het dus van de Wiki-loc wandelingen vanaf internet hebben. 

Daar staan er een paar van de juiste lengte maar sinds onze laatste ervaring waarbij Aukje op haar achterwerk omlaag moest zijn we wat voorzichtiger geworden en bekijken we zo’n wandeling met argusogen. Ook nu blijkt dat de wandeling van 12,5 kilometer lengte niet over een pad gaat. Bovendien is er een afdaling dwars de steile berghelling af gepland met dalingspercentages tot wel zestig procent. Als alternatief kunnen we twee wandelingen aan elkaar knopen en er zo een rondwandeling van maken. De wandeling van in totaal 25 kilometer wordt dus tweemaal zo lang maar minder dan half zo zwaar. Om half twaalf gaan we op pad en we vertrekken met een bewolkte lucht. Het stuk van de wandeling waarmee we beginnen heet de ‘Zonzijde van de Maimón’ en dat komt goed uit want we zijn nog niet goed en wel op de route of de lucht breekt open en de zon komt te voorschijn en zal ons de rest van de dag niet meer in de steek laten. 

Onze wandelroute

Grote groep Vale Gieren

Ons pad gaat geleidelijk omhoog langs de berghelling en loopt gemakkelijk waarbij we een prachtig uitzicht hebben op Vélez Rubio en het dal wat er ten westen van ligt. Na een afdaling tot aan het niveau waarop we begonnen zijn is het tijd voor de lunchpauze met direct daarop weer een stuk dat weer bergopwaarts gaat. Met de zon op ons bolletje hebben we spijt van de lange broek en merken we ook dat al ons drinkwater er snel doorheen gaat. Toch is ook dit stuk zeer de moeite waard en nadat we het hoogste punt gepasseerd zijn gaat het almaar omlaag en loopt het een stuk lichter. Ook de zon staat nu niet meer zo hoog aan de lucht en dat helpt natuurlijk ook. Tegen het einde van de tocht krijgen we een prachtig uitzicht op Vélez Blanco met het kasteel op de voorgrond en de berg La Muela een stuk daarachter. Nu nog een stuk door de oude straatjes van Vélez Blanco en kort daarna komt de camping weer in zicht. Een prachtige wandeling en onze GPS wijst precies 25 gelopen kilometers aan, hetgeen voor Aukje een nieuw PR betekent.

Dag 80 – Maandag 4 april – De regenluifel uit.

Onze laatste etappeplaats, voordat we echt richting huiswaarts gaan, is camping Sierra Maria in het gelijknamige natuurgebied. Deze camping ligt op slechts 18 kilometer rijden vanaf onze huidige overnachtingsplek. We hoeven dus niet erg op te schieten vandaag, iets dat ons in de regel goed afgaat. We zijn de laatste die vandaag de camping verlaten en melden ons een goed kwartier later bij de receptie. Hier treffen we een wakkere receptioniste die ons in het Engels alles kan vertellen wat we willen weten. Ook deze camping heeft in de winter een chronisch gebrek aan belangstelling. Er staan wat caravans in afgesloten toestand en wij zijn de enige gasten vandaag zo lijkt het. 

Het is een grote camping met prachtige grote plekken die door bomen worden bevolkt en omgeven. Het is dan ook niet moeilijk om een mooi plekje te vinden en nadat de beheerder de stroom heeft ingeschakeld staan we snel opgesteld. En dat is maar goed ook wat we hebben de koffie nog niet op of het begint te regenen. Ik weet het, het was verwacht, maar je hoopt toch dat de weergoden ons vergeten. We mogen niet mopperen want het laatste regenbuitje dateert alweer van ruim anderhalve maand geleden. Nu lijkt het echter wel menens en we draaien de luifel uit om toch een droog plekje voor de deur te houden. Vervolgens trekken ons voor de rest van de dag terug in de camper. Een minpuntje hier is dat we geen internet hebben vanuit de camper. De receptie WIFI laat het op deze afstand afweten en met onze eigen MIFI hebben we geen 3G bereik, iets dat toch wel nodig is om fatsoenlijk ons weblog bij te kunnen werken.

Dag 81 – Dinsdag 5 april – Nog een dagje de regen uitzingen.

Sinds het gistermiddag begon te regenen is er al aardig wat gevallen en het schijnt nog niet op te zijn daarboven. Ook vandaag regent het met tussenpozen zodat we onszelf maar een dagje huisarrest hebben opgelegd. Het is hier heerlijk rustig op de camping en de douche heeft van Aukje een 10 gekregen. Buiten is het overdag, vanwege de hoogte van ongeveer 1100 meter, niet warmer dan een graad of zes maar binnen snort het kacheltje en zitten we er warmpjes bij.

Dag 82 – Woensdag 6 april – Naar de Jardin Botanico.

Ook vanmorgen spettert het nog. Niet hard weliswaar maar toch voldoende om ons te doen twijfelen of we wel op pad zullen gaan. Het plan was om te gaan fietsen en vooral op de fiets kunnen we geen regen gebruiken. Met de middag wordt het echter droog zodat we toch de fiets van de camper laden en op pad gaan. In totaal gaan we vandaag zo’n 20 kilometer fietsen en in Nederland draaien we daar onze hand niet voor om. Hier begint de rit echter heuvel op en vooral het laatste stuk gaat dermate steil dat we naast de fiets lopen. Uiteindelijk komen we toch in de buurt van de botanische tuin die we willen bezoeken, maar voordat we daar zijn gaan we nog even binnen bij de kapel van Ermita de la Virgin. Een mooie gelegenheid om ook de meegenomen koffie te drinken want buiten is het behoorlijk fris. Na de koffie lopen we naar de even verder gelegen tuin. We blijken de enige bezoekers en we worden enthousiast op weg geholpen door de beheerder die ons duidelijk maakt dat uiterlijk om vier uur de tuin sluit. Zoveel tijd hebben we echter niet nodig want uit de vier aangeboden routes kiezen we de middelste van 2 km. De tuin is mooi aangelegd, ziet er verzorgd uit en biedt een schat aan planten. Alleen staat er momenteel nauwelijks iets in bloei en is het vooral een hele verzameling bordjes die zijn neergezet bij ons in de regel niet erg aansprekende planten.

Ermita met laag hangende wolken

Nog niets in bloei

Ons maatje gedurende de wandeling

Met een goed uur staan we weer buiten en fietsen naar het even verderop gelegen dorpje Maria. Het centrum van het in diepe siësta slaap verkerende dorp wordt gevormd door het centrale plein, het gemeentehuis en de kerk. We bezoeken de kerk en bij het binnengaan blijkt alles stikdonker. Geen uitnodiging om iets te bekijken of te fotograferen. Zodra de ogen wat gewend zijn blijkt er een kastje aanwezig waar je een euro in moet doen. Dat heeft tot gevolg dat het licht in de kerk voor een paar minuten aanfloept. Een ludiek alternatief voor het vergaren van inkomsten uit het opsteken van een kaarsje. Na ons kerkbezoek maken we een kleine rondwandeling door het centrum waarbij we vanaf een uitkijkpunt een mooi uitzicht op de omgeving hebben. Vrijwel alle in cultuur gebrachte grond wordt gebruikt voor de teelt van amandelen. De weg terug naar de camping gaat heuvel af en weten we in recordtijd af te leggen. Gelukkig is het vanmiddag droog gebleven en de temperatuur is ook al een stuk opgelopen, dat belooft wat voor morgen.

Dag 83 – Donderdag 7 april – Voorlopig onze laatste rondwandeling.

Na een paar dagen met Nederlands weer doet de zon vanmorgen voorzichtige pogingen om ons wakker te maken. Precies zoals onze de bedoeling was is het weer vandaag geschikt om een wandeling te maken. Het wordt voorlopig onze laatste grotere wandeling tijdens deze vakantie. Hoewel we tien dagen van voor de terugreis hebben gepland zal er hoogstens nog een wandelingetje in de omgeving waar we onderweg overnachten inzitten. De rondwandeling voor vandaag is ongeveer 16 kilometer lang maar niet erg zwaar. Het eerste deel gaat door het bos (sorry Monique) maar daarna wandelen we langs een berghelling waarbij we prachtige uitzichten hebben over de vlakte ten noorden van de Sierra Maria. Het is helder weer en we kunnen zelfs de besneeuwde toppen van de Sierra Nevada in de verte zien. Nadat we het hoogste punt op 1420 meter zijn gepasseerd loopt het nog gemakkelijker. 

Sneeuw op de toppen in de Sierra Nevada

Geregeld een picknickplek met barbeque

Geleidelijk bergaf slingert het track dat we volgen langs barranco’s en dan weer door een stukje bos. In de loop van de dag is de lucht helemaal opengetrokken en terug bij de camper soezen we heerlijk in het zonnetje met een pilsje voor onze neuzen. Aansluitend kunnen we buiten eten, waar vind je dat vandaag de dag? (Hier dus).

Dag 84 – Vrijdag 8 april – Afscheid van de Pieuwvogel.

Vanmorgen wordt alles in gereedheid gebracht voor het vertrek. We gaan de Sierra Maria verlaten en op weg naar huis. Het meest opvallend aan deze camping en omgeving was het geluid dat we elke nacht hoorden. Al tegen de avond begint een vogelsoort zich warm te lopen (of vliegen want we hebben ze nog niet gezien) en dan horen we de hele nacht van alle kanten hard ‘pieuw’. Zoiets hebben we nog niet eerder meegemaakt en klinkt toch weer heel anders dan een uil of een duif. De receptioniste van de camping geeft uitsluitsel. Het is een Abubilla, die in het Nederlands de Hop heet. Als je bij Wikipedia kijkt wat er over het beest geschreven staat, dan zijn we blij dat we hem alleen gehoord en niet geroken hebben. Hij blijkt behoorlijk te kunnen stinken. 

De 'Pieuwvogel' alias de Hop

Jong en oud is op de been

Geen mooi gebouw maar toch leuk

Met drie tussenstops voor boodschappen en een patatje belanden we even na vieren bij camping Las Palmeras in Crevillent nabij Elche. We hebben deze camping vooral gekozen omdat hij goed op de route ligt. Na het eten gaan we te voet nog even naar het centrum van Crevillent. Het is vrijdagavond en dan komen de Spanjaarden jong en oud naar het centrum om daar te spelen en te flaneren. Een leuk schouwspel en het fleurt het stadsbeeld ook wat op. Ook dit stadje voldoet aardig aan de Spaanse norm waarbij, met uitzondering van een paar gebouwen, de rest als blokkendozen zijn neergezet, zonder rekenschap te geven hoe het er uit ziet.

Dag 85 – Zaterdag 9 april – Van Crevillente naar Benicássim.

Camping Las Palmeras in Crevillente is een camping om te onthouden. De camping heeft alles wat een doorgangscamping aantrekkelijk maakt. Aan een doorgaande route, rustig, uitstekend sanitair, gratis wifi, het gehele jaar open en bovendien niet duur. Daarnaast zijn er in de nabijheid twee supermarkten (Lidl en Mercadona). De camping waar we deze avond arriveren, camping Azahar in Benicassim kan daar niet aan tippen en slaan we in de toekomst geheid over. Benicassim zelf is wel een leuke badplaats met een mooi zandstrand en dito boulevard. We maken ’s avond nog een wandelingetje, heen langs het strand en terug over de boulevard. Lang voordat het massatoerisme toesloeg was de plaats al geliefd bij de welgestelden, getuige de vele villa's uit het begin van de vorige eeuw die inmiddels in verval zijn geraakt.

Land in de vorm van een moccapunt

Mooi breed zandstrand

De boulevard van Benicassim

Dag 86 – Zondag 10 april – Door naar Sitges.

Vandaag ook weer een ritje van ruim drie uur. Anderhalf uur tot de koffie en de rest erna. Net als gisteren is het de hele dag mooi weer en vervelen we ons geen moment. Gisteren ging de rit vrijwel geheel over de snelweg en vandaag meer binnendoor. Het plaatsje Sitges ligt op ruim dertig kilometer ten zuiden van Barcelona. Op de heenweg waren we hier ook in de buurt, in Villa Nova i Getru. De vergelijking van beide campings valt in het voordeel van die in Villanova uit hoewel de camping van Sitges beter is dan die in Benicassim. Opvallend is dat we het landschap langzaamaan groener zien worden. Na een tijdje in Murcia of Almeria raak je aan de bruine bodemtinten gewend en ook de grillige rotspartijen hebben hun bekoring. Maar het frisse groen van de bomen en de groene bodembedekking spreken ons toch ook wel erg aan, al realiseren we ons dat je die alleen maar zou groen krijgt als je de regen die erbij hoort op de koop toe neemt.

Dag 87 – Maandag 11 april – Op naar Frankrijk.

Hoewel de planner van Google aangeeft dat we het beste direct het binnenland in kunnen gaan geeft onze oude TomTom er de voorkeur aan om eerst een stukje langs de kust te rijden. Waarschijnlijk door het verouderde kaartmateriaal kost het veel moeite om de TomTom op andere gedachten te brengen dus geven we hem ditmaal maar zijn zin. Wat volgt is een prachtige rit over een slingerende bergweg pal langs zee. Dat wil zeggen, gedurende ongeveer een half uur want daarna komen we op dezelfde weg in een file die ongeveer drie kwartier zou ophouden. Prachtig uitzicht maar het schiet niet erg op. Na het oponthoud volgt nog een kwartiertje zigzaggen door Barcelona waarna we buiten de stad geraken. Vanaf hier gaat het voorspoedig (via de plaatsen Vic en Olot) en rond een uur of vier melden we ons net over de grens met Frankrijk bij camping Les Bruyères bij het plaatsje Maureillas.

File langs de kustweg

Sneeuw op de Pyreneeën

Koolzaad onderweg

Dag 88 – Dinsdag 12 april – Door het land van de Katharen.

Op onze camping in Maureillas hadden we een prachtige plek met uitzicht op een besneeuwde top in de Pyreneeën. We waren zo ongeveer de enige camperaars en dat vergoedde veel, want het sanitair was gebrekkig en we moeten er niet aan denken hoe het hier toe gaat als het wat drukker wordt. Vanmorgen wel weer prachtig weer en ook de rit naar Toulouse blijkt schitterend. 

Uitzicht vanaf de camping

Modern sanitair

Voorjaar in Zuid Frankrijk

We hebben gekozen voor een zuidelijke route via de D117 en die voert pal langs en soms door de Pyreneeën door het land van de Katharen die hier vroeger woonden. Even ten noorden van het centrum van Toulouse hebben we camping Le Rupé uitgekozen. Nadat we behoorlijk wat moeite hebben gedaan om binnen te komen (het hek wilde maar niet open) krijgen we een prima plek op het veldje voor passanten toegewezen. Met nog steeds de zon volop aanwezig vermaken we ons best en kunnen we net als gisteren weer buiten eten.

Dag 89 – Woensdag 13 april – Tussen de buien door.

Vandaag rijden we bijna pal noordwaarts richting Limoges. Ons doel is camping de Montreal in het dorpje Saint Germain-les-Belles. Deze camping hebben we op de heenweg ook aangedaan omdat het vlakbij de snelweg A20 ligt en het gehele jaar is geopend. De camping wordt uitgebaat door een Nederlands echtpaar, dus dat is ook lekker makkelijk converseren. Overigens is camping Le Rupé, waar we afgelopen nacht hebben gestaan, ook prima geschikt als doorgangscamping. Ook het hele jaar geopend en prima sanitair en goede vlakke plaatsen. Nadat we gisteren bij aankomst lekker weer troffen brak er ’s avonds een onweersbui los met uiteraard veel regen maar ook hagel erbij. Ook voor vandaag werd veel regen voorspeld maar tijdens de rit van vandaag viel het alleszins mee. Bij aankomst op camping Montreal is het gelukkig droog, maar we hebben de camper nog maar juist neergezet of er breekt opnieuw een fikse bui los. ’s Avonds gaan we nog even een wandeling door het pittoreske dorpje maken en tijdens de wandeling kunnen we gelukkig onder een afdak op het kerkhof schuilen, want anders waren we als verzopen katjes thuisgekomen.

Dag 90 – Donderdag 14 april – Onze koers verleggen.

We verleggen onze koers vandaag een beetje naar het westen en nemen daarmee niet de kortste route naar huis. Onze vrienden Casper & Monique toeren momenteel door Normandië en we hebben met hen afgesproken om elkaar ergens aan de Atlantische kust te ontmoeten. Omdat het te ver is om in 1 dag te overbruggen rijden we vandaag naar het plaatsje Norçan, camping Du Lac des Varennes, dat ongeveer halverwege tussen Tours en Le Mans is gelegen. Vanmorgen treffen we het wat het weer betreft. Zacht met weinig wind en vooral ook droog waardoor we onze spulletjes gemakkelijk kunnen inpakken. Het eerste deel van de route gaat langs de snelweg A20 en ook dan is het nog steeds goed weer. Zodra we over de helft zijn begint het te spetteren en uiteindelijk regent het zodanig dat iedereen met licht op rijdt. Vlak voordat we op de camping arriveren doen we nog even boodschappen en ook dan is het nog vies weer. Gelukkig wordt het droog zodra we de camping oprijden zodat we vandaag toch nog weer even buiten kunnen zitten voordat het donker wordt.

Natte wegen onderweg

Zompig, maar wel gras op de camping

Mooie luchten met een boel water erin

Dag 91 – Vrijdag 15 april – Naar Normandië.

We zijn nog maar even op weg wanneer we een SMSje ontvangen waarin wordt gemeld dat onze Helderse vrienden al op camping Les Peupliers in Merville-Franceville-Plage zijn gearriveerd. Voor ons duurt dat nog een tijdje want we moeten toch nog ruim driehonderd kilometer overbruggen. Onderweg komen we door de stad Le Mans en voor we het weten rijden we over een deel van het circuit voor de bekende 24 uur race die daar elk jaar wordt gehouden. Op zich leuk natuurlijk, maar we hebben geen tijd om er net als de raceauto’s 24 uur over te doen, dus gaan we vlot verder. Ook onze oude TomTom wil snel vooruit want, ondanks dat we hem dat uitdrukkelijk hebben verboden, probeert hij ons toch telkens de tolweg op te sturen. Het kost enige moeite en ook wat extra tijd om hem ervan te overtuigen dat we dat niet van plan zijn, waardoor we uiteindelijk een half uurtje later dan gepland op de camping arriveren. Casper wacht ons al op en even later staan we pal naast de Knaus (de Tromp) met de voorwielen nog net op het asfalt zodat we morgen ook weer weg kunnen rijden. Na de regen, die we onderweg met tussenpozen hebben gehad, is het nu weer even droog zodat we gezamenlijk buiten aan de koffie kunnen.

Dag 92 – Zaterdag 16 april – Verder Noord Frankrijk in.

Gisteravond gezellig bijgekletst met Casper & Monique en ook gezamenlijk gegeten. We zijn op maar vijf minuten lopen van het strand maar het weer maakt dat we ons verblijf hier grotendeels binnen doorbrengen. Ook gezellig natuurlijk maar lekker buiten zitten en een wandelingetje in de omgeving zijn dingen die het camperleven nog veraangenamen. Vanmorgen kon ik tussen de buien door nog buiten de eieren voor het ontbijt bakken waarna de buiigheid al weer toesloeg. Dat betekent dat we gezamenlijk nog binnen koffiedrinken voordat we allemaal weer op pad gaan. Casper en Monique verder de Normandische kust langs en wij naar het noordoosten, richting huis. De afstand is te groot om in één keer te overbruggen. Vandaar dat we een overnachting op de camping van het stadje Albert hebben gepland.

Onze vrienden in Normandië

Onze vrienden in Albert

Op de camping in Albert

Dag 93 – Zondag 17 april – Vandaag weer thuis.

Na drie maanden in de camper zijn we het eigenlijk nog helemaal niet zat. Maar aan alles komt een eind dus vertrekken we vandaag vanaf camping Le Velodrome voor de laatste etappe naar huis. Op naar de familie en de tuin. Het eerste stuk tot aan Arras gaat over binnenwegen maar vanaf daar is het alleen maar snelweg tot aan huis. In beginsel natuurlijk, want als we bij Lille voor de verandering eens een route om de stadskern heen willen uitproberen komen we snel van een koude kermis thuis. We worden, ondanks de borden die Gent als bestemming aangeven, een heel eind omgestuurd en belanden net over de Belgische grens in een situatie dat een afslag van de snelweg is afgesloten vanwege wegwerkzaamheden. Dat betekent nog een stukje verder omrijden en, omdat we in Wallonië zijn beland, een weg waar we slalommend de kuilen in de weg proberen te ontwijken. Uiteindelijk komt toch alles weer goed en rijden we rond een uur of vijf ons dorp weer binnen. Weer veilig thuis na een prachtige vakantie.

Een van de kerkhoven uit de eerste Wereldoorlog

Friese koeien... we komen in de buurt

Onze tuin valt niet tegen