Reisverslag Februari

 

Dag 17 – Maandag 1 februari – Naar Caravaca de la Cruz.

Vanaf de camping is het naar Caravaca de la Cruz ongeveer 23 kilometer. Ook nu gaat de route voor het merendeel over de oude spoorlijn, maar evenals gisteren zijn er ook enkele flinke hellinkjes in het parcours opgenomen. Het weer is zo mogelijk nog mooier dan gisteren (zo’n 18 graden met uitbundige zonneschijn) en we genieten dan ook van de fietstocht. 

Volop in de bloesem

Zoekplaatje

Vandaag meer bomen langs de route

In Caravaca zoeken we het centrum van het stadje dat zich aan de voet van het oude kasteel bevindt. Het kasteel herbergt ook een kerk en het geheel is gebouwd op de fundamenten van een verwoest Moors kasteel. Wij zijn er zoals vaak pas na de middag en dan sluit men hier de boel een paar uur. Dat betekent dat zowel de kerk als het kasteel voor ons gesloten blijft. Niettemin vermaken we ons en bekijken het oude centrum met zijn schilderachtige straatjes en oude huisjes. Op het gezellige plein aan de voet van het kasteel bestellen we iets te eten en te drinken waarna we er weer tegen kunnen om de terugweg te aan te vangen. Op de weg terug is het uiteraard weer het een flink eind trappen maar even na vijven zijn we weer thuis waar een heerlijk koud pilsje op ons wacht.

Irrigatiekanaal langs de helling

Het plein van Caravaca

De opgang naar het kasteel

 

Dag 18 – Dinsdag 2 februari – Op naar het carnaval.

Volgens Aukjes reisschema zouden we nu naar een camping in de buurt van Cartegena afreizen en pas veel later Aquilas aandoen. Maar we hebben onlangs gelezen dat de carnavalsoptochten van Aquilas de mooiste uit de hele omgeving zijn en die willen we wel eens gaan bekijken. Vandaar dat we eerst verder zuidwaarts gaan en de reisvolgorde een beetje aanpassen. Vanmorgen is het weer stralend weer en het is een genot om voor vertrek de klusjes buiten de camper te doen. Volgens onze TomTom is de beste route rechttoe naar het zuiden waarbij het grootste deel over lokale wegen gaat. Omdat we meer van het Spaanse binnenland willen zien geven we Tom zijn zin en slaan vlak buiten de camping rechtsaf de RM503 in. Dertig kilometer zonder afslagen staan ons te wachten, maar naar blijkt ook dertig kilometer over hobbelig asfalt en talloze bochten en klimmen en dalen. De snelheid komt meestal niet boven de veertig kilometer per uur maar dat vinden we geen straf want we rijden door een prachtige omgeving met links en rechts eindeloze rijen fruitbomen die in de bloesem staan. Werkelijk een lust voor het oog. De volgende dertig kilometers gaan over beter asfalt en ook een stukje sneller zodat we toch nog om kwart voor een bij de Lidl in de stad Lorca arriveren. 

Weer voor een weekje boodschappen kopen gevolgd door koffie in de camper voordat we aan de laatste dertig kilometer beginnen. Deze gaan over een autoweg dus dat is helemaal een eitje. Voordat we bij de zee in de buurt komen moeten we nog even een bergketen over en daarna melden we ons bij de receptie van camping Bella Vista. Als we antwoorden dat we tot na het weekend willen blijven krijgen we de kous op de kop. Hoogstens twee nachten zijn mogelijk want daarna is het volgeboekt in verband met carnaval. Wij overleggen even wat te doen en besluiten voor de twee nachten optie zodat we hier de was kunnen doen. We krijgen de kleinste plek die we ooit op een camping zijn tegengekomen maar voor twee nachten vinden we dat geen probleem. De rest van de avond brengen we beurtelings door bij de wasmachine en de droger, vooral ook omdat beiden allerlei kuren vertonen en we steeds de receptie moeten verwittigen. Maar uiteindelijk is tegen middernacht een grote hoeveelheid wasgoed uit de wasmand en weer schoon in de kastjes opgeborgen.

 

Dag 19 – Woensdag 3 februari – Kustwandeling vanaf de camping.

Nu we maar twee nachten op deze camping kunnen blijven hebben we alleen vandaag nog om op pad te gaan. We kiezen voor de kustwandeling die Aukje voor deze plek had voorbereid. De temperatuur is goed vandaag maar de zon gaat een beetje schuil achter sluierbewolking. Toch kunnen we zonder jas aan op pad. We lopen vanaf de camping die vlak aan zee ligt in zuidelijke richting. Beurtelings is er een rotspartij die moet worden beklommen en dan volgt er weer een baai met zandstrand. Een leuke bezigheid die op die manier niet al te inspannend is. We hebben de rotspunt van Punta Parda als omkeerpunt op het oog en na een kleine anderhalf uur bereiken we deze. Het valt op dat bijna elke baai met zandstrand momenteel als een gedoogde camperplaats wordt gebruikt. Officieel mag je niets buiten zetten en zou je alleen je camper mogen parkeren, maar daar houdt vrijwel niemand zich aan. Na een kleine drie uur wandelen zijn we terug bij de camper. 

We besluiten om na het eten met de fiets naar het centrum van Aquilas te rijden zodat we nog voor donker terug kunnen zijn. Een mooi ritje volgt waarbij we met de fiets over de boulevard rijdend goed zicht hebben op de haven, het kasteel en een deel van de binnenstad. En dat, zonder dat we moeten oppassen voor autoverkeer. Bij het VVV halen we nog wat info op over de route van de parade tijdens het carnaval. Met een goed gevoel keren we terug op de camping waar de afwas van het eten op ons wacht.

Grillige rotsen

Hoezo mag niet?

Haven met castillio op achtergrond

 

Dag 20 – Donderdag 4 februari – Puntas de Calnegre.

Nu we niet langer op deze camping kunnen blijven en hier niet in de buurt ‘wild’ willen gaan staan, hebben we besloten om naar Puntas de Calnegre te rijden. In een later stadium zouden we deze plek toch al aan doen en nu kunnen we hiermee mooi het gat tot de carnavalsoptocht van aanstaande zondag opvullen. Bovendien hebben we bij de camping kunnen regelen dat we zondagnacht op de parkeerplaats van de camping kunnen overnachten, waardoor we verzekerd zijn van ondermeer stroom en een warme douche. Bij Puntas de Calnegre zijn geen campings maar wel een drietal camperplaatsen aanwezig. De rit erheen gaat door het Sierra de Cantal gebergte, een tocht van veertig kilometers die door de kronkelige weg toch nog een uurtje in beslag neemt. We kiezen voor de middelste van de drie camperplaatsen. De eerste heeft de meeste faciliteiten maar ligt een flink stuk vanaf de kust en de laatste is wel bij het het strand, maar daar sta je hutje-mutje en op een kleiachtige ondergrond. Op ‘onze’ camperplaats staan slechts een paar campers en de plek zit er goed verzorgd uit. De uitbater blijkt in het ziekenhuis maar een Engels echtpaar dat hier de hele winter blijft staan neemt de honneurs waar en maakt ons bitwijs. Nadat we ons hebben geïnstalleerd betrekt de lucht en begint het te regenen. De eerste regenbui van formaat sinds we in Spanje zijn gearriveerd. Het eten wordt daarom onder de luifel gekookt maar even na het eten wordt het al weer droog en maken we nog een wandelingetje naar de kust en langs het strand en komen bij het invallen van de duisternis weer terug  bij de camperplaats. Onze Engelse gastheer heeft op ons gewacht en sluit het hekwerk zodra we binnen zijn, een prettig gevoel in dit verlaten gebied.

Volop ruimte en rust...

Landbouwplastiek op achtergrond

 

Dag 21 – Vrijdag 5 februari – Wandelen door Parque Natural Cabo Cope.

Aukje heeft voor vandaag een rondwandeling door bovengenoemd park voorbereid. Nu is park een groot woord want in feite is het een gebied dat kennelijk voor landbouw ongeschikt is ongemoeid gelaten en vervolgens tot natuurgebied verklaard. De wandeling gaat het eerste deel langs de kust waarna we naar het binnenland moeten afbuigen en vervolgens langs de rand van het park de terugweg zullen afleggen. We hebben geen goede kaart van het gebied en het is in zo’n geval gebruikelijk dat we een Wikiloc wandeling downloaden en in de GPS zetten. Alleen, onze GPS vertoont sinds enkele dagen plotseling kuren en is daarom niet goed bruikbaar. We doen de wandeling daarom maar aan de hand van een wat primitief kaartje in de hoop dat de paden zichzelf wijzen of goed bewegwijzerd zijn. Na de regen en bewolking van gistermiddag is het vandaag weer stralend weer. De route begint vlakbij onze camperplaats en voert over een breed track richting enkele baaien met zandstrandjes. Tot zover gaat alles goed en wijst de weg vanzelf. Nadat we de laatste baai voorbij zijn zou er een het pad naar het binnenland moeten afbuigen. 

In plaats daarvan zien we alleen  de GR92 route waarvan we weten dat deze steeds de kust volgt. We kiezen er voor om deze maar te volgen en het track is inmiddels overgegaan in een wandelpad dat nu en dan een wat moeilijke passage kent. Na enige tijd zien we een bouwval aan de kust en een track dat vandaar het binnenland in gaat en waarvan we verwachten dat het weer in de bewoonde wereld uitkomt. Bij de bouwval aangekomen is het tijd voor een pauze en genieten in het zonnetje van het prachtige uitzicht langs de kust. De kaart en vanaf de klif waar we op zitten het track bestuderend, komen we tot de conclusie dat we beter als terugweg weer het kustpad kunnen kiezen, waarna we tegen vijf uur weer terug zijn bij de camper. Om ongeveer tien uur ’s avonds gaat plotseling de TV en alle verlichting in de camper uit. In pikkedonker ga ik op onderzoek uit en kom tot de conclusie dat de huishoudaccu nagenoeg leeg is en de boel preventief is afgeschakeld. Dat zou niet nodig moeten zijn en als we weer thuis zijn zal ik daarom de accu eens aan de tand voelen. Zonder TV en bij kaarslicht brengen we gezellig de rest van de avond door. Morgen starten we de motor en kan de accu tijdens het servicen (water tanken, legen van het afvalwater en de WC-cassette) weer wat op adem komen zodat we morgenavond weer TV kunnen kijken.

 

Dag 22 – Zaterdag 6 februari – Te voet naar Los Curas.

Eigenlijk zouden we vandaag een fietstocht langs de kust richting Mazzarón gaan maken. Het waait vandaag behoorlijk stevig en in de morgen is het niet duidelijk of we het vandaag droog houden. We bestuiten om na de koffie in plaats van te fietsen te voet richting het dorpje Los Curas te gaan. We volgen daarbij  de hoofdweg waarop weinig verkeer is. De omgeving waar we zijn oogt armoedig, een landbouwgebied met plukjes huizen die soms krakkemikkig en soms slordig aandoen. 

Met bouwen neemt men het hier niet erg nauw en van troep opruimen heeft men al helemaal nooit gehoord. Als kassen gebruikt men landbouwplastiek dat over buizen is gespannen. Het plastiek is zo verweerd dat er weinig zonlicht meer doorheen komt. Op andere stukken grond is het plastiek verdwenen en lijkt het door de grond geploegd zodat de restanten boven de grond uit steken. We komen tot de conclusie dat we in dit deel van Spanje niet graag zouden wonen. Onderweg komen we langs de camperplaats die we eergisteren links hebben laten liggen en alles overziende hebben we geen spijt van onze beslissing. Dichter bij het dorp, dat eigenlijk niet meer dan een gehucht blijkt, wordt de bebouwing dichter en ook wel netter. We kijken bij een kroeg binnen waar het meubilair schaars is en ongezelligheid troef. Nadat we gezien hebben dat het verderop niet beter wordt keren we om en wandelen heuvel af weer terug naar onze camperplaats.

Kassenbouw op z'n Spaans

Een schuurtje is zó gemaakt!

Beetje primitief... maar het gaat!

 

Dag 23 – Zondag 7 februari – Naar de optocht.

Vanavond om zes uur begint de optocht van het carnaval dus gaan we voor één nachtje  terug naar Aguilas. Even na twaalf uur zwaaien we bij het verlaten van de camperplaats naar de Engelse beheerders en rijden in een gezapig tempo de veertig kilometers terug naar de camping van Aguilas waar we de camper op de parkeerplaats voor de camping mogen neerzetten. Een prima plek met nog meer ruimte om ons heen dan op de camping tijdens ons vorige bezoek. Vannacht en vanmorgen waaide het nog flink en waren er dreigende wolken aan de lucht, maar hier in Aguilas schijn te zon en is het op het stoeltje buiten goed uit te houden. Tegen half vijf gaan we op pad. Naar het centrum is het een kilometer of vier dus pakken we de fiets en peddelen lekker over de boulevard en slalommen om de voetgangers naar het VVV, het eindpunt van de optocht, waar we de fietsen stevig verankeren. Er zijn al aardig wat mensen op de been die tegen de richting van de optocht in over het parcours verkennen en wij sluiten ons daarbij aan. Al gauw komen we langs rijen tribunes waar kaartjes voor worden verkocht. Over een afstand van een paar kilometers kun je op deze wijze heel wat mensen kwijt. 

Terug bij het VVV duurt het nog een uur voordat de stoet bij ons langs komt en inmiddels is het ook hier volgelopen met toeschouwers. Pas om kwart voor zeven zien we de stoet aankomen. Voorafgegaan door vaandelzwaaiers op skeelers volgen groepen danseressen in mooie pakjes die om de paar meter halt houden op hun dansjes op te voeren. Er zijn veel jonge kinderen bij en omdat we aan het einde van route staan worden die opgevangen door ouders en bekenden. Vooraf heeft men veel reclame gemaakt voor de carnavalsoptocht die volgens onze info zelfs nationale bekendheid heeft. Wat er na de dansgroepjes volgt valt ons tegen. De meeste ‘praalwagens’ blijken inderhaast in elkaar gezette bonte verzamelingen en op een enkele uitzondering na zou in Nederland hiervoor geen hond de straat op gaan. Bovendien gaat alles tergend langzaam. Toch staat het inmiddels rijen dik en er is niemand die het voor gezien houdt. Voor Aukje is het licht van de felle lampen ongunstig voor het maken van foto’s dus verhuizen we naar een andere plek waar we achter de rij mensen aansluiten en ik door het toestel omhoog te houden nog wat foto’s kan schieten. Nadat we het tot negen uur hebben aangezien vinden we het welletjes, vooral ook omdat er geen niveauverbetering valt te verwachten. Enigszins teleurgesteld halen we de fietsen maar weer op en gaan we weer huiswaarts. Je kunt niet alles van te voren weten maar volgend jaar zullen ze ons hier zeker niet vinden.

 

Dag 24 – Maandag 8 februari – La Manga del Mar Menor.

Ons carnaval is voorbij. Afgelopen nacht op de parkeerplaats is ons goed bevallen, met uitzondering van het autolawaai dat vanmorgen al vroeg op gang kwam. We voeren het gebruikelijke ritueel uit dat bij ons vertrek hoort en rijden daarna eerst naar de Mercadonna van Aguilas, gevolgd door een bezoek de Lidl van Lorca zo’n dertig kilometer verderop. Vandaar is het nog ruim honderd kilometer naar de plek waar we volgens Aukje’s programma de draad van onze ontdekkingsreis weer oppakken. Om even voor vieren melden we ons bij de receptie en horen tot onze verbazing dat de camping vol is. 950 plaatsen speciaal voor rondtrekkende vakantiegangers en toch helemaal vol? Het blijkt te kunnen, maar gelukkig komt de receptioniste zelf met een oplossing. Elke dag vertrekken er wel een paar mensen dus alle kans dat we morgen meer geluk hebben. Intussen kunnen we op de parkeerplaats overnachten. Dat hebben we eerder gehoord, maar ditmaal blijkt het een overnachting mét alle faciliteiten, op een afgesloten terrein en tegen een zeer schappelijk tarief. Daar gaan we direct op in en even later staan we op een mooie privé plek waar overigens later nog twee Zwitserse lotgenoten bij komen staan. Na een pilsje in het zonnetje besluiten we een ommetje over het campingterrein te maken zodat we alvast een idee krijgen waar we morgen hopelijk komen te staan. We hebben een plattegrond mee en dat is maar goed ook, want de camping is echt mega groot. Met in totaal ongeveer 2000 plaatsen en 17 toiletgebouwen op 32 hectare grond, blijkt dat we na een klein half uurtje slenteren nog maar een fractie van het geheel hebben kunnen zien. Inmiddels is het tijd voor de warme hap en daarna wordt het snel donker dus trekken we ons terug in de camper. Morgenochtend meld ik me vóór tienen bij de receptie om te zien of er al een plek beschikbaar gekomen is.

 

Dag 25 – Dinsdag 9 februari – Een plekje op de camping.

Na een nacht in het ‘voorgeborchte’ zou er vandaag een plekje voor ons op de camping moeten vrijkomen. Omdat er kapers op de kust zijn zorg ik ervoor dat ik me tijdig bij de receptie vervoeg om te voorkomen dat de (Zwitserse) kaas van ons brood wordt gegeten. Er blijken twee plaatsen vrijgekomen en op aanraden van de receptioniste ga ik kijken welke van de twee onze voorkeur heeft. Uiteraard haal ik eerst Aukje erbij en dan gaan we direct op inspectie. Onze keuze is snel gemaakt want op een van de twee plekken is volgens de Italiaanse vrouw die we daar aantreffen vanwege de bomen de hele dag geen zon en is er bovendien geen satellietontvangst. Terug bij de receptie blijkt onze plek inmiddels al vergeven, (ja het is een heel eind lopen) aan een Oostenrijker die net iets eerder terug was. Dat is even balen zeg, dan maar wachten op een volgende kans. Dat duurt niet lang want even later staat een bewaker op de deur te tikken met de mededeling dat er inmiddels al weer nieuwe plaatsen zijn vrijgekomen. Ditmaal happen we toe en we rijden vervolgens achter een buggy aan over het campingterrein richting onze nieuwe halteplaats. Tevreden met de ruime plek met zon, satelliet en uit de wind zetten we de camper zo neer dat we een kwartiertje later al van het zonnetje kunnen genieten. ’s Avonds maken we nog een wandelingetje langs het strand van de ‘kleine zee’ hetgeen Mar Menor vrij vertaald betekent.

 

Dag 26 t/m 28 – Woensdag 10, donderdag 11 en vrijdag 12 februari – Lekker weertje op de camping.

De afgelopen dagen hebben we ons goed gesettled op deze camping. De temperatuur in deze regio is naar men zegt dit jaar bovengemiddeld hoog en het is ook droger dan andere jaren. Een van de gevolgen is dat de groenteprijzen voor de akkerbouwers, die hier rijk vertegenwoordigd zijn is gekelderd. Vakantiegangers zoals wij varen er wel bij. Gistermorgen bedroeg de temperatuur in de camper nog 20,7 graden, terwijl toch alle ramen de hele nacht open stonden. Momenteel is het buiten 22 graden en staat er veel wind. Van beiden hebben we op onze prachtplek weinig last. Na zondag wordt er een weersomslag verwacht, maar ja in Spanje kan dat ook wel wat later komen. Mochten we het koud krijgen dan kunnen we altijd nog het thuisfront om raad vragen. Eergisteren heeft Aukje een wasje gedraaid en ik het weblog bijgewerkt. Gisteren zijn we met de bus naar Cartagena geweest om een nieuwe wandel-GPS aan te schaffen. Een onderneming die heel wat voeten in aarde had. Vooraf had ik gezien dat de GPS van mijn keuze, een Garmin Etrex Touch 25 voor de kenners, niet bij de Mediamarkt van Cartagena voorradig zou zijn maar wel via het internet bij de Mediamarkt zou kunnen worden besteld. Omdat ik niet happig ben om hier vooraf te betalen, en dan maar te hopen dat alles goed komt, heb ik een e-mail gestuurd waar vervolgens geen reactie op kwam. Daarna hadden we het plan opgevat om naar de winkel af te reizen en daar de GPS te laten bestellen. In Cartagena aangekomen bleek dat niemand in de toch grote  winkel een woordje Engels spreekt. Op het tonen van een schermafdruk van de GPS van internet maakte men ons duidelijk dat zij deze niet hadden en ook niet voor ons mochten bestellen. Bovendien zei men dat, als zij iets bij de centrale organisatie bestellen, het één tot twee weken duurt voordat het bij hen binnenkomt. Daarop vroeg Aukje of men wellicht ons een ander model kon laten zien. De juf ging er met ons papier vandoor en kwam even later terug met…. jawel, precies het toestel dat ik wilde hebben. Bovendien werd het winkelprijskaartje aangepast aan de internetprijs, wat toch weer een voordeeltje van 44 euro opleverde. Met een goed gevoel aanvaarden we de thuisreis en vandaag zit ik me natuurlijk te verdiepen in de mogelijkheden en vooral de bediening van het nieuwe toestel, die toch wel heel anders is dan die van mijn tien jaar oude GPS60.

Als je een half jaar blijft.... heb je een iets grotere camper nodig

.... en, hij is niet de enige die er zo over denkt!

 

 Dag 29 – Zaterdag 13 februari – Kliffenwandeling.

Aukje heeft voor deze plek verschillende wandelingen uitgezocht. We beginnen vandaag met een kliffenwandeling langs de kust van de Middellandse zee. Een afstand van ruim tien kilometer maar niet al te moeilijk. Vanaf de camping moeten we eerst een stuk langs een drukke weg lopen. Wij houden daar niet van maar in Spanje kijkt men niet zo nauw als het om voetgangers gaat. We kiezen daarom voor een andere route die eerst door een woonwijk en daarna over akkerland gaat. Verderop wordt het rustiger en na ruim een uur zien we de zee voor ons opdoemen. We lopen door naar het strand en na een koffiepauze begint hier het stuk over de kliffen. We zijn weer op het GR92 kustpad beland dat honderden kilometers lang langs de Middellandse zee voert en waar we bij Punta de Calnegre ook al langs hebben gelopen. Goed aangegeven slingert het pad omhoog langs de rotsen die tot in zee reiken. Het zwarte leisteenachtige materiaal van vulkanische oorsprong is door erosie in allerlei grillige vormen veranderd en daarmee steeds verrassend om te zien. Vroeger is hier aan mijnbouw gedaan en de restanten ervan zijn nog te zien. Een prachtig stuk om te wandelen. Na ongeveer twee en halve kilometer laten we het kustpad links liggen en buigen af het binnenland in.

Rotsuitlopers tot in zee met de vuurtoren van Cabo de Palos op de achtergrond

Leisteen-achtig gruis maakt uitglijden niet ondenkbaar

 Prachtige planten in droog landschap

Hier worden we verrast door de weelderige begroeiing van de heuvels om ons heen. Tot nu toe hebben we in de provincie Murcia veelal kale of schaars begroeide hellingen gezien. Hier lijkt het wel een botanische tuin vol met sub-tropische planten. Het pad gaat enkele kilometers zo door tot vlakbij de camping. Na een prachtige wandeling zijn we weer terug bij de camping. Hier ziet Aukje een man met een mooie vlinder op zijn hand. Even later dreigt de vlinder van zijn stokje te gaan totdat ze het idee oppert dat de vlinder wel eens een energie dipje kan hebben. Een beetje limonade op een blaadje doet wonderen. De roltong komt naar buiten en even later is de vlinder weer het mannetje, of vrouwtje, want dat lijkt me niet zo makkelijk te zien bij een vlinder.

Een prachtbeest....

... ik wordt een beetje appelig...

.. gelukkig, een opvlindertje!

 

Dag 30 – Zondag 14 februari – Cabo de Palos.

Vandaag staat een wandeling naar Cabo de Palos op het programma. Zoals de naam al aangeeft is dit een punt die in zee steekt met een vuurtoren er op. Op zondag is er vlakbij ook een markt die op internet wordt aangeprezen als de meest interessante markt in de omgeving. De marktlui beginnen al vroeg in de morgen want men wil natuurlijk weer thuis zijn als de siësta begint. Dat noopt ons ook tot spoed op de zondagmorgen. We worden wakker met de zon op het camperdak en de duiven koerend in de boom erboven. Daar ben ik overigens niet zo blij mee want het blijft niet bij koeren en een duif met een luier heb ik hier nog niet gezien. We vertrekken met blote armen en lopen eerst naar het strand van Mar Menor, de binnenzee waar de camping aan grenst. Daar aangekomen blijkt de wind inmiddels flink aangetrokken en zie we de lucht boven het water gevuld met zand. Wij lopen voorlopig nog voor de wind dus hebben er niet veel last van en zodra we na ongeveer twee kilometer het strand verlaten vinden we beschutting achter de huizen. 

De storm maakt zelfs op de binnenzee Mar Menor grote golven tot vreugde van de kite-surfers 

In de buurt van het dorp Cabo de Palos komen we steeds vaker mensen met aankopen van de markt tegemoet zodat we zonder zoeken bij de markt uitkomen. Hier ontvouwt zich het gebruikelijke schouwspel van een Spaanse markt: potten en pannen, kleding, schilderijen, groente en fruit, lotenverkopers en bedelaars. We slenteren het geheel langs en belanden bij een fruithandelaar die ons zijn mandarijnen en sinaasappels laat proeven. Overheerlijk en niet duur. Dus bij vertrek ben ik vijf euro lichter en acht en halve kilo zwaarder. Gelukkig past alles in mijn rugzak. Na een koffiestop in een plaatselijk restaurant gaan we het schiereiland op dat bij de kaap uitmondt. 

Spaanse markt met van alles...

... lotenverkoopsters...

... en bedelaars.

De vuurtoren en het plein eromheen zijn niet bijzonder al is het uitzicht op de kuststrook met de talrijke appartementencomplexen wel de moeite waard. Vanaf de vuurtoren gaan we via de zuidkant van het schiereiland verder richting de haven. Het kustpad dat naar de haven voert en de haven zelf is zeer de moeite van het bekijken (en het fotograferen) waard. Via het centrum van Cabo de Palos lopen we hierna, met nog een onderbreking bij de Burgerking, terug naar de strand van Mar Menor dat naar de camping voert. Het waait nog steeds hard en halverwege zien we een flinke bui aan de lucht verschijnen. We haasten ons om voor de bui binnen te zijn en slagen daar ook in. Meer dan een klein buitje waar we de eerste spetters nog net van meekrijgen valt er niet maar het waait inmiddels als een gek en de temperatuur zakt in een haf uur tijd van 22 naar 11 graden. De hele avond en nacht blijft de vlagerige wind ons plagen hoewel we nog aardig beschut staan op de camping. Maar voor de duiven geldt tot nader order een vliegverbod hetgeen weer goed is voor het camperdak.

Vuurtoren van Cabo de Palos

Rotsen vallen ten prooi aan erosie

De netten liggen niet zo netjes

Dag 31 en 32 – Maandag 15 en dinsdag 16 februari – Eerst even niets en dan op de fiets.

Afgelopen nacht heeft het flink gewaaid en de schotel moest dus weer even plat om van het gerammel af te zijn. Vandaag probeert het weer een beetje op te krabbelen en wij volgen dat voorbeeld na onze wandelingen van de laatste dagen. We doen het daarom vandaag rustig aan en blijven in de buurt van de camper. Desondanks vliegt de dag voorbij en voor we het weten is het al weer tijd om de TV in te schakelen en daarmee op de hoogte te blijven van hetgeen in Nederland omgaat. De fietsen worden van de camper gehaald want voor dinsdag hebben we een fietstocht gepland. Onze planning blijkt goed want dinsdagmorgen is het stralend weer en ook de wind is naar elders vertrokken om daar de boel te verstieren. Zoals eerder gemeld staan we aan de binnenzee Mar Menor en deze wordt door een smalle landtong gescheiden van de Middellandse zee.

Onze fruitbomen

De Mar Menor is het grootste zeewatermeer van Europa en wordt door een aantal natuurlijke doorgangen, de golas, gevoed vanuit de Middellandse zee. Op de smalle strook van 19 km lang en soms maar een paar honderd meter breed heeft men in de glorietijd vóór de crisis zijn best gedaan om zoveel mogelijk hoge appartementsgebouwen neer de zetten.

La Manga

Massale hoogbouw met torentjes..

... niet alle hoogbouw is even lelijk

Geen gebied om langs te wandelen maar goed genoeg om deze buurt eens met de fiets te verkennen. We rijden vanaf de camping een paar kilometer langs het strand om bij het begin van het schiereiland La Manga de Mar Menor (de mouw van de binnenzee) te geraken. Vandaar gaat er één brede vierbaansweg met gelukkig een fietspad erlangs het schiereiland op. In de winter is het hier relatief rustig want naar schatting tachtig procent van de appartementen is voor vakantiegebruik en dus vooral in de zomer bevolkt. Nu er weinig klanten zijn ligt ook een deel van de middenstand op zijn gat maar voor ons betekent dat alles dat we een beetje rustig kunnen fietsen. We rijden tussen een grote variëteit van gebouwen waarbij men getracht heeft toch nog wat onderscheid aan te brengen. Zo zijn er op enkele gebouwen kantelen of torentjes toegevoegd om het een kasteel te laten lijken en is er ook een gebouw in de vorm van een vissersboot. Hoe dan ook, het blijft erg massaal en grotendeels eenvormig. Wat ook opvalt is dat er maar weinig niveauverschil is tussen land en zee. Volgens info op internet is dit mede het gevolg van de uitbundige bebouwing waardoor het niveau van het land is gedaald. 

Mocht de zeewaterspiegel inderdaad verder omhoog gaan dan is hier toch wel wat werk aan de winkel. Uiteindelijk bereiken we het einde van het schiereiland waar men nog bezig is om de laatste stukken grond vol te krijgen. Dus wie zin heeft kan, behalve uit een bestaand huis of appartement, nog kiezen uit een braakliggend stuk grond of een bouwwerk uit een failliete boel dat in staat van ruwbouw om afwerking schreeuwt. Wij kiezen een boogbrug als plek voor de lunch en genieten in het zonnetje van het uitzicht. Over de weg terug valt niet veel meer te zeggen dan die de andere kant op gaat en na een stevige rit (we hebben terug weer een beetje wind tegen, komen we tegen vijven weer op de camping aan.

Mozaiekgevel maakt wel opvallend

Voor 500.000 euro te koop

Het mag ook wat afwijkend van vorm

 

Dag 33 – Woensdag 17 februari – Rondwandeling vanuit Las Cobiticas.

Het regionale Parque Calabanque Monte de las Ceniza y Peña de Aguila is een natuurgebied met een serie heuvels tot een paar honderd meter hoog. Vandaag gaan we de hoogste heuvel van 336 meter beklimmen en koppelen dit aan een rondwandeling vanuit het gehucht Las Cobiticas. Dat ligt op ongeveer vijf kilometer vanaf de camping dus gaan we hier met de fiets naar toe. 

Het wandelgebied vandaag

Eenvoudig... maar wel met TV!

Deze heuvel gaan we beklimmen

We parkeren onze voertuigen bij het informatiecentrum waar een Spaanse boswachteres de hele dag op mensen zoals wij staat te wachten en vervolgens wat info over de planten die we tijdens de wandeling zullen tegenkomen verschaft. Aukje komt te weten dat het harige bolletje, dat zij gisteren op het strand heeft gevonden, een blaadje van een plant betreft waarbij de wind er voor heeft gezorgd dat het als een suikerspin steeds dikker is geworden door al rollend haartjes uit de omgeving te verzamelen. Het wordt een Pelota de Mar genoemd. Wij gaan van vandaag de nieuwe GPS uitproberen en volgen de route die ook door een geel-witte bewegwijzering wordt aangegeven. 

Prachtig uitzicht op de top

De heuvel vanaf de andere zijde

Demonstratie kitesurfen

Het eerste stuk gaan we over relatief vlak terrein tot we bij het dorpje Las Barracas geraken. Hier buigt onze route linksaf de helling op en gaan we over een mooi maar pittig steil pad omhoog. Na een half uurtje komen we, steeds door een mooi begroeide omgeving lopend, bij de top waar we een schitterend uitzicht over zee en land hebben. Door de zon en de heldere lucht kunnen we tot diep in Spanje kijken. Na de afdaling vervolgen we onze route en komen bij een natuurlijk bron waar de Spanjaarden om beurten gebruik van maken door water te tappen. Wij gebruiken de aanpalende picknickplaats voor onze lunch. Vanaf hier lopen we via een track richting de zee waar we weer op de ons inmiddels overbekende GR92 uitkomen. Een prachtig pad dat over de begroeide rotsen slingert en steeds weer verrassingen oplevert. Uiteindelijk geraken we bij het strand van Playa Negre waar we nog een pauze inlassen. Hier worden we getrakteerd op een demonstratie kite-surfen. Weer terug bij onze fietsen blijkt dat we op de heenweg een flink stuk omhoog zijn gegaan. Het gevolg is dat we nu niet hoeven te trappen en, alsof we elektrische fietsen hebben, in record tempo richting de camping gaan.  De GPS…? nou die deed het aardig maar ik moet er, vooral door de ontoereikende info uit de handleiding, nog flink wat effort in steken om het apparaat goed onder de knie te krijgen.

 

Dag 34 – Donderdag 18 februari – Naar de Romeinen.

Catagena is in 228 vóór Christus gesticht door Hasdrubal de Schone uit Carthago in het huidige Tunesie (niet zelf verzonnen). De stad kreeg, net als Carthago, de naam Qart Chadast (nieuwe stad). Niet lang daarna veroverde de Romeinen de stad en noemden het Cathago Nova om het te onderscheiden van Carthago in Noord Afrika de stad die zij ook hadden ingepalmd. De Romeinen zijn er tot aan de val van hun rijk gebleven en hebben daarmee een flink stempel op de stad gedrukt, hetgeen we vandaag gaan ontdekken. We gaan er met de bus naar toe en ook nu is de bus een klein half uur te laat (of de dienstregeling is stiekem gewijzigd.. wie zal het zeggen). In Cartagena aangekomen volgen we de rondwandeling aan de hand van de info die Aukje vooraf van internet heeft gehaald omdat de GPS ditmaal alleen een foutmelding weet te presenteren. Het oude deel van de stad, waar wij ons vandaar ophouden, is omgeven door een hoge muur met een achttal poorten. We volgen de muur richting de haven en lopen daarna in een stralende zon langs de vele jachten die hier zijn afgemeerd. De haven van Cartagena is een natuurlijke diepe en goed beschermde haven en een van de belangrijkste van Spanje. In het verleden heeft Admiraal Nelson het als de best beschermde van de Middellandse Zee gekwalificeerd. In de haven ligt een replica op ware grootte van de Victoria, het enige schip van de vloot van vijf schepen uit de Armada de Moluccas, dat in 1522 na een reis van drie jaar terugkwam en dus als eerste om de wereld zeilde. Van de 80 bemanningsleden waren er bij thuiskomst nog 18 over. Onbegrijpelijk hoe men zich met zo’n klein bootje en onder zulke omstandigheden op de oceaan durfde te begeven. 

De Victoria.. 80 man in een notedop

Martien en Aukje

Romeins theater... de flats zijn van later

Vlakbij de haven ligt het plein met het monumentale gemeentehuis en daartegenover het Romeins museum. We kopen een combiticket tegen pensionistas tarief en gaan het museum in. Het museum heeft een prachtige verzameling van voorwerpen uit de Romeinse tijd en ook een stuk van de fundamenten uit die tijd is zichtbaar. Het blijkt dat het naastgelegen Romeinse theater pas recent is ontdekt nadat het eeuwenlang onder de grond verborgen is geweest. We kunnen via een gang die onder de Cathedral Vieja door gaat naar het Theatro Romano lopen. Van de kathedraal uit de dertiende eeuw is niet meer over dan een ruïne na een bombardement aan het einde van de Spaanse burgeroorlog toen Cartagena, samen met Alicatie, de laatste steden waren die zich tegen Franco wisten te verzetten. In het opgegraven en gereconstrueerde Theatro Romano aangekomen krijg je pas goed een indruk hoe het er eertijds aan toe ging. Indrukwekkend van zowel afmetingen als uitvoering. Daarna gaan we verder naar de volgende attractie van onze combiticket, het Castillo de la Concepcíon. Dit is op een heuvel gebouwd en daarmee het hoogste punt van Cartagena. Ernaast is een hoge lift gebouwd die je binnen een minuut naar boven brengt bij het kasteel en het park uit de Moorse tijd. Midden in het kasteel is door koning Alfonso X een vierkant gebouw neergezet als donjon, de best verdedigbare ruimte waarin momenteel een overzicht van de geschiedenis van Cartagena wordt getoond. Vanaf het kasteel heb je een prachtig uitzicht over Cartagena en de wijde omgeving. 

Cathedral Vieja vlak naast het Theatro

Lift naar het Castillo met daarachter het oude Plaza de Torros

De CV van de Romeinse thermen

Weer beneden lopen we verder door de binnenstad die niet echt mooi is maar gelukkig wel helemaal autovrij. Ons volgende doel is de Barrio del Foro Romano, een opgraving van een Romeinse thermen en naastgelegen forum. Ook dit is heel mooi zichtbaar gemaakt en het is bijzonder hoe je, net als bij het Theatro Romano, door de blootgelegde gebouwen kunt wandelen en vlakbij de restanten van tweeduizend jaar terug kunt komen. Na een halve dag slenteren is het inmiddels tijd om huiswaarts te gaan. Om zeven uur zijn we weer thuis en moeten we nog even een slinger aan het avondeten geven.

Het Forum met zijn verschillende kamers

Restanten van een muurschildering 

Dik genoeg om een boom op te zetten

 

Dag 35 – Vrijdag 19 februari – Even bijkomen.

Na de inspanningen van de afgelopen dagen is het weer even tijd voor een pas op de plaats. Het weer, dat volgends de voorspelling vandaag pet zou zijn, valt alleszins mee zodat Aukje in de middag alvast een wasje draait. Wel veel wind maar geen regen. Wij zitten het grootste deel van de dag binnen achter de computer, bij de TV of met een boekje in de hand en vermaken ons wel.

 

Dag 38 – Maandag 22 februari – De wind verdwijnt en de zon verschijnt.

De afgelopen drie dagen is de lucht bewolkt geweest met bovendien veel wind er bij. Het was een vlagerige wind die soms flink uithaalde. Wij zitten redelijk beschut en met de temperatuur viel het ook wel mee maar wij zijn inmiddels een beetje verwend natuurlijk. Vandaag schijnt de zon, is het 20 graden en bijna geen wind, dus wat willen we nog meer. Zaterdag zouden we met de bus naar La Union gaan om daar het mijnmuseum te bezoeken. Toen ik tijdens het eten de diensregeling van de bus er nog eens op nakeek realiseerde ik me pas dat het zaterdag was en dat we inmiddels te laat waren voor de bus. Dat plan hebben we toen maar naar aanstaande dinsdag verschoven. Na ons vertrek vanaf deze camping rijden we eerst naar het mijnmuseum voor we verder gaan. Gisteren, zondag, hebben we een fiets/wandeltocht gemaakt naar Cabo de Palos en gelijk onze fruitvoorraad weer aangevuld. Vandaag doen we allerlei klusjes in en rond de camper en zitten we lekker in het zonnetje.

Processierups komt in processie voorbij

Merkwaardig gevormde bomen

Aukjes trots !

 

Dag 39 – Dinsdag 23 februari - Via het mijnmuseum naar Isla Plana.

Gisteravond heb ik de meeste spulletjes rond de camper al opgeruimd zodat we vandaag op tijd kunnen vertrekken. We gaan vandaag naar de volgende etappeplaats, camping Los Madriles bij Isla Plana. Een ritje dat in een uurtje gepiept is. Vandaar dat we nog een uitstapje hebben ingepland, of eigenlijk twee als je het boodschappen doen bij de Lidl van Catagena ook als zodanig kwalificeert. Het berggebied tussen Cartagena en Cabo de Palos heet Sierra Minero, hetgeen al verwijst naar de mijnbouw die in deze streek van oudsher al aanwezig is geweest. Indertijd van de Romeinen was het vooral tin en zilver wat men zocht. In het gebied werden ongeveer honderd verschillende mineralen gevonden en het stadje La Union waar wij naar toe gaan dankt zijn ontstaan aan de mijnbouw. Begin vorige eeuw waren ongeveer 1200 mijnen tegelijk in bedrijf en groeide La Union uit naar zo’n vijftigduizend inwoners. Vandaag is het markt in La Union, dus is het even zoeken om er door te komen maar om half twaalf parkeren we  de camper bij het infocenter van Parque Minero. Er staat al een groep Engelsen te wachten en die hebben gereserveerd. Wij niet, maar gelukkig laat men de extra euro’s die wij opleveren niet lopen. 

Een van de vele mijnen in deze omgeving

Aan het plafond kristallen van bitterzout

Zwavelhoudend water met bacteriën 

 

Na een filmpje van 5 minuten dat ons in de stemming moet brengen gaan we met een treintje omhoog de berg op tot aan de ingang van ‘onze’ mijn, de Agruppa Vincente waar pyriet werd gedolven. Dit is een relatief kleine mijn geweest waar maar 12 mensen tegelijkertijd aan het werk waren. Toch is de mijn vijf verdiepingen diep en de tunnels zijn honderden meters lang. We krijgen gelukkig uitleg in het Engels en dat gebeurt op een manier dat het een interessant verhaal oplevert. Alle facetten van de mijnbouw, van stoflongen tot kinderarbeid en van het omgaan met springstoffen tot de gedwongen winkelnering van de straatarme arbeiders bij de steenrijke mijneigenaren komen aan de orde. Al met al zeer de moeite waard. Op de terugweg lopen we in het zonnetje naar beneden richting de camper en heeft Aukje nog een kans om haar arsenaal aan foto’s aan te vullen. Vanhier rijden naar de Lidl voor broodnodige aanvulling van onze voorraden en vandaar verder naar camping Los Madriles bij Isla Plana, waar we de komende dagen willen verblijven. Het is een terrassencamping dicht bij zee en dat betekent dat het terrein vrij steil omhoog loopt en de camperplaatsen op terrasjes zijn gesitueerd. Nou betekent een terrasje niet dat het terrein waterpas ligt en de camper moet aan één kant flink worden opgekrikt willen we niet vanzelf van achter naar voorin de camper belanden. Anderzijds zitten we op een soort tribune en heb je vanaf vrijwel elke plaats vrij uitzicht over zee. Voor ons voldoet de plek. Lekker rustig aan het einde van een pad en flink groot en met het zonnetje dat zelfs tegen de avond nog schijnt zodat we buiten ons eerste pilsje op de nieuwe locatie kunnen drinken.

Beneden werd het pyriet gezuiverd

Nest met processierupsen in de bomen

Ons 'terras' op de terrassencamping

 

Dag 40 – Woensdag 24 februari – Even rondkijken in de omgeving.

Net als gisteren is het vandaag weer heerlijk weer. We besluiten dan ook hiervan te genieten en drinken buiten koffie met een koekje en een boekje erbij. Na de middag gaan we de camping en de directe omgeving bekijken. Op de camping, die toch wel enkele honderden plekken met opvallend veel langverblijvers kent, is een zwembad dat door velen wordt geroemd vanwege zijn waterkwaliteit. Het bad dagelijks wordt ververst met water uit de grond met een temperatuur van dertig graden. Doordat het zo vaak wordt ververst hoeft er geen chloor te worden toegevoegd. We gaan het een dezer dagen uitproberen. Naast de camping ligt het gehucht Madriles waar de camping naar is genoemd. Het telt één omhooglopende smalle straat die doodloopt tegen de berg. De huizen zijn rommelig ook eromheen ligt vaak afval. Opruimen heeft hier, net als overal elders in Spanje, geen prioriteit. Wel tref je overal honden die gelukkig meestal alleen luid tekeer gaan als je er langs komt maar hier treffen we er een die in zijn enthousiasme ons omver probeert te duwen. Nu we weten hoe onze nieuwe woonomgeving er uit ziet trekken we ons weer terug op ons terrasje bij de camper en gaan we verder met genieten.

 

Dag 41 – Donderdag 25 februari – Circuit de Azohía.

Onze eerste wandeling wordt een rondwandeling vanuit het plaatsje Azohía dat op ongeveer vijf kilometer afstand ligt. We gaan er met de fiets naar toe en rijden hierbij over een rustige weg die voor een deel over de boulevard gaat. We komen langs verschillende complexen met huizen aan zee, de urbanisaties, die er momenteel redelijk verlaten bijliggen. Aan de staat waarin de meeste huizen verkeren kun je zien het aan zee had van je afgaat en er nodig iemand met de verfkwast moet langskomen. In Azohía zijn opvallend veel campers neergestreken die in groepen net zo lang op parkeerterreinen of uitlopers van straten blijven staan totdat ze door de plaatselijke politie worden weggestuurd. Er zijn camperaars die de hele vakantie zo doorbrengen maar wij moeten daar niet aan denken. 

De zee bij het strand voor de camping

Torre de Santa Elena

Mooi ruig berggebied

De fietsen maken we vast aan een lantaarnpaal waarna we omhoog lopen naar de Torre de Santa Elena. Deze uitkijktoren met gaten voor de opstelling van geschut, dateert uit de zestiende eeuw en werd in opdracht van Philips de tweede gebouwd om het scheepvaartverkeer en vooral de piraten in de gaten te houden. Van hier volgen we weer de GR92 route oostwaarts langs de kust. Het is een prachtig wandelpad dat langs de steile berghelling slingert en telkens mooie uitzichten op de kust oplevert. Bij het punt waar de GR92 verder de kust volgt houden wij onze lunchpauze waarna we een ander pad kiezen dat ons via het binnenland weer terugbrengt naar Azohía en onze fietsen. Tevreden peddelen we in het zonnetje weer huiswaarts. Op de camping aangekomen gaan we met de fiets nog even steil omhoog maar slagen we er in om op de fiets te blijven zitten, waarna we bezweet onze pilsjes openmaken.

 

Dag 42 – Vrijdag 26 februari – Naar de sculpturen van Bolnuevo.

Op ruim elf kilometer, even voorbij het plaatsje Puerto de Mazzaron, ligt het dorp Bolnuevo dat bekend is vanwege de sculpturen die daar door erosie in het gesteente zijn ontstaan. Die willen we wel eens zien natuurlijk en omdat de route er naar toe langs de kust gaat, kunnen we daar op de fiets heen rijden. Voor morgen wordt ander weer verwacht maar vandaag is het nog zonnig. Aukje wil graag mooie foto’s maken van de sculpturen en dat gaat natuurlijk beter met zon. We combineren het uitstapje met een rondwandeling van Wikiloc die we weer in onze nieuwe GPS downloaden. Om even na half elf rijden we de camping af en voegen ons tussen het autoverkeer. Hier is geen boulevard zoals gisteren dus moeten we opletten want in Spanje kun je aan de rand van de weg nogal eens een obstakel verwachten. Ook een obstakel, of uitdaging zoals je wilt, vormen de pittige klimmetjes die we onderweg tegenkomen. Al met al duurt de fietstocht een klein uur maar dan zien we toch waarvoor we gekomen zijn. De sculpturen gaan uitgebreid op de kiek en daarna vangen we aan met de rondwandeling.

We zijn nog maar even op pad of ook nu zorgt de GPS voor meer ongemak dan duidelijkheid. Als gevolg hiervan lopen verschillende paden in die door blijken te lopen. Uiteindelijk hebben we weer de route te pakken maar komen na enige tijd tot de conclusie dat de wandelomgeving hier niet veel voldoening geeft en dat we de tocht met voordeel een eindje kunnen inkorten. We hebben immers ook nog een terugrit te doen en die klimmetjes van de heenweg zullen er nu ook nog wel zijn. Gelukkig hebben we nu de wind schuin achter en met dat zetje in de rug bereiken we rond vier uur weer onze thuisbasis.

 

Dag 43 – Zaterdag 27 februari – Gisteren op de fiets, vandaag even niets.

Na de toch wel inspannende rit van gisteren houden we ons vandaag een beetje in. Voor afgelopen nacht en vanmorgen was er door de verschillende weerprofeten een flinke weersverslechtering voorzien, zoiets als waar jullie thuis waarschijnlijk de hand niet voor omdraaien, maar dat ons hier toch wel even de adem doet inhouden. Gisteravond trok de wind wel flink aan, maar we staan achter een muurtje met een hoge heg erop dus daarvan hadden we niet zoveel last en de voorspelde regen bleef beperkt tot een paar druppels. Inmiddels, zaterdagmorgen, is de wind weer afgezwakt en probeert het zonnetje er weer door te komen. Goed voor ons maar niet goed voor deze streek van Spanje. Aan de toestand van de beplanting kun je zien dat er een chronisch te kort aan regen is. De rivieren staan allemaal droog en alleen aan de noordkant van een heuvel is de begroeiing nog in een dusdanige staat dat je er een moestuintje zou kunnen beginnen. Over moestuinen gesproken, er is hier erg veel groenteteelt maar daarbij gebruikt men landbouwplastiek als broeikas en  tyleenslang voor de beregening. De rest van het land is dan ook vrij dor, droog en eenvormig. Een en ander houdt ook in dat we niet alle wandelingen die Aukje heeft voorbereid daadwerkelijk gaan doen. Morgen nog eentje om het af te leren en dan vertrekken we waarschijnlijk dinsdag naar een volgend stekje. Vandaag hebben we ook een mooie gelegenheid om ons weblog bij te werken. Via het camperforum krijg ik hulp van een GPS-deskundige die me op het spoor zet om de ongemakken met de nieuwe GPS het hoofd te bieden. Alles blijkt natuurlijk een kwestie van de juiste instellingen maar als excuus kan ik melden dat het om een onlogica van de eerste orde gaat en dat er in de handleiding niets over wordt verteld.

 

Dag 44 – Zondag 28 februari – Spoorzoeken.

Vandaag onze derde en laatste wandeling vanaf camping Los Madriles nabij Isla Plana. Het wordt een rondwandeling die op onze kaart als een bekende route wordt aangeduid. De bijna vijf kilometer ernaartoe doen we weer met de fiets waarbij het wel zo is dat het track dat we volgen pittig omhoog gaat en vol met kuilen zit zodat we er een klein half uur over doen. Om half een stallen we de fietsen en gaan te voet verder. In eerste instantie vervolgen we de route van het track dat natuurlijk wandeltechnisch een eitje is. Links en rechts komen we zo nu en dan langs een boerderij (Finca) en rechts van ons zien we een imposante bergwand van kalkachtig materiaal. Na een uurtje wandelen moeten we volgens onze kaart rechtsaf een smaller pad in. Van aanwijzingen zoals we vanaf de wandelkaart hebben begrepen is echter geen sprake en het bord naast het pad geeft aan dat het afgesloten is. Heel vaag lezen we nog dat de toegang zelfs verboden is. Nu geeft onze GPS aan dat we er wel langs moeten en ja, die Spanjaarden kunnen van alles wel een privéfeestje willen maken maar daar trappen die stoere Hollanders natuurlijk niet in. We lopen het pad op en komen bij een woonhuis waar men getracht heeft de route met een hek af te sluiten. Wij met een boogje er omheen en verderop langs het pad gewoon verder. 

Op de fiets langs dit track

Gezellige beestenboel

Het pad dat in het niets verdween...

Op een punt waar we een bocht moeten maken blijkt het pad  op te houden. Er lijkt een stukje grond in cultuur te zijn gebracht en wij denken dat het pad verderop wellicht weer verder gaat. Het staat immers duidelijk op de kaart en we hebben deze wandeling niet voor niets uitgezocht. Aanvankelijk worden we bevestigd in ons vermoeden, maar weer een eindje verder houdt het toch echt op. Behalve struikgewas met stekels, een steile berghelling en een kloof is hier niets meer te vinden. We besluiten terug te keren en een andere route te zoeken. Onze kaart geeft nog een paar andere mogelijkheden om uiteindelijk weer op het juiste spoor uit te komen. We proberen er een paar met wisselend succes. De Spanjaarden blijken meesters in het verzinnen van doodlopende tracks en paden. Uiteindelijk hebben we toch beet en kunnen met een vertraging van ongeveer anderhalf uur toch verder omhoog in de goede richting. 

Uitzicht op zee met links boven ons pad

Cartagena met La Manga erachter

Groene hellingen aan de zuidwest flank

Steil omhoog en langs struiken komen we weer goed uit en vervolgen onze weg. Hier ook geen aanwijzingen natuurlijk maar er is wel een paadje dat, langs een afgrond, slingerend vlak langs de voet van de hoge bergwand gaat. Een leuk maar uitdagend stuk volgt waarbij we steeds op onze qui-vive moeten blijven om niet uit te glijden. Een kilometer of drie verder komen we op het punt waar we weer omlaag moeten want intussen zijn we wel zo’n 350 meter omhoog geklommen. De kaart toont wederom een niet langer bestaand pad aan maar gelukkig is er verderop een vaag pad dat met steenmannetjes is gemarkeerd. Hier zijn dus eerder mensen omlaag gegaan en hoewel het niet de bedoelde afdaling is komen we toch weer heelhuids, zij het een stukje verder dan gepland, uit op het track waar we eerder hebben gefietst. 

En mooie rotspartijen natuurlijk

Lavendel

De restanten van vroegere mijnbouw

Om zes uur, dus ruim voor donker, rijden we aldoor in de remmen knijpend het stuk terug naar de camping, waar we voldaan terugkijken op een enerverende maar ook prachtige middag.

 

Dag 45 – Maandag 29 februari - De dag vóór het vertrek.

We willen morgen naar een camping in Totana verkassen, dus vandaag mooi de gelegenheid om wat huishoudelijk werk te doen (waaronder de haren en de voeten) en natuurlijk een beetje bijkomen van gisteren. Evenals gisteren is het zonnig en hoeft in de camper de kachel niet aan. Maar, zoals de laatste dagen steeds het geval is, hebben we af en toe last van een plots opstekende wind. Met onregelmatige tussenpozen begint het ineens wild te waaien en dan is het soms na een minuut of zo weer nagenoeg windstil. Gisteren betekende dit langs het track fietsend dat je plotseling in een stofwolk zat maar daar hebben we hier op de camping gelukkig geen last van. Een Spaanse campinghoudster noemde dit soort wind vorig jaar: Viento loco, ofwel: Gekke wind.

Maak jouw eigen website met JouwWeb